De staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst heeft vragen beantwoord van het Tweede Kamerlid Romke de Jong over de onbelaste thuiswerkvergoeding die werkgevers aan werknemers kunnen uitbetalen. De onbelaste thuiswerkvergoeding biedt werkgevers de ruimte om tot een bepaald bedrag thuiswerkkosten van werknemers onbelast aan werknemers te vergoeden. Werkgevers bepalen zelf in hoeverre zij hun werknemers tegemoet willen komen in de kosten die deze werknemers maken.
Hybride werken, de combinatie van thuiswerken en werken op locatie, is een positieve ontwikkeling. Zo biedt hybride werken kansen om maatschappelijke doelen te realiseren zoals vermindering van de CO2-uitstoot, piekbelasting in het openbaar vervoer, krapte op de huizenmarkt en een goede werk-privébalans. Het kabinet heeft daarom het voornemen om werkgevers en werknemers te ondersteunen bij het vormgeven van het hybride werken.
Het Nibud heeft in maart 2022 berekend dat de kosten voor thuiswerken circa €3,05 bedragen. Bij de totstandkoming van de bepaling van de onbelaste thuiswerkvergoeding van €2 is de berekening van het Nibud van augustus 2021 gebruikt. In de wet is vastgelegd dat jaarlijkse indexatie van de onbelaste thuiswerkvergoeding plaatsvindt aan de hand van de tabelcorrectiefactor. Uitgaande van een correctie van naar verwachting 1,063, zal de onbelaste thuiswerkvergoeding voor 2023 uitkomen op €2,13. De wet biedt geen mogelijkheden voor een verdere verhoging.
Wet: art. 31a, lid 2, onderdeel k, Wet LB 1964
Bron: Taxence