Categorieën
Boekhouding & Administratie Nieuws Rechtsvorm kiezen of wijzigen

Bedrijf starten vanuit huis? Dit moet je weten voordat je begint

Bij CijferAdvies begrijpen we dat veel zzp’ers ervoor kiezen om vanuit huis te werken. Het biedt niet alleen gemak, maar ook aanzienlijke besparingen op huur-, reis- en andere bedrijfskosten. Ongeveer 800.000 zzp’ers in Nederland maken van deze mogelijkheid gebruik. Een bedrijf starten vanuit huis lijkt misschien eenvoudig, maar er zijn enkele belangrijke overwegingen om rekening mee te houden voordat je van start gaat.

Inhoud

Controle van huurcontract of hypotheekovereenkomst

We adviseren om je hypotheekovereenkomst of huurcontract grondig te controleren voordat je besluit om vanuit huis te gaan ondernemen. Dit voorkomt onaangename verrassingen achteraf. In het geval van een huurwoning is het raadzaam om altijd schriftelijk toestemming te krijgen van de verhuurder. Woon je in een appartementencomplex, vergeet dan niet om te controleren of er beperkingen zijn vastgelegd in de statuten van de Vereniging van Eigenaren (VvE).

Hoe controleer je een bestemmingsplan?

Voordat je vanuit huis gaat ondernemen, is het essentieel om het bestemmingsplan bij de gemeente te controleren. Dit plan bepaalt hoe een specifiek stuk grond of gebouw mag worden gebruikt, zoals de locaties voor horecabedrijven, winkels en industriële bedrijven.

Je kunt het bestemmingsplan van je huis bekijken op ruimtelijkeplannen.nl door je plaats en postcode in te voeren. Meestal valt dit onder categorie 1, met de bestemming wonen. Dat betekent dat een bedrijf aan huis is toegestaan zolang het geen overlast veroorzaakt.

Als een bedrijf aan huis niet mogelijk is volgens het bestemmingsplan van jouw gemeente, kun je een omgevingsvergunning aanvragen voor de activiteit ‘handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening’. De gemeente zal na onderzoek bepalen of er een uitzondering op het bestemmingsplan kan worden gemaakt.

Bij de het omgevingsloket kun je ook milieuvergunningen en vergunningen voor bouwen en wonen aanvragen. Wil je bijvoorbeeld verbouwen of slopen? Dan is het verstandig om een vergunningencheck uit te voeren. Dan weet je gelijk waar je aan toe bent.

Ga je verbouwen of slopen? Controleer dan met de vergunningencheck of je daar een omgevingsvergunning voor nodig hebt.

Borden plaatsen in je tuin?

Overweeg je reclame- of naamborden te plaatsen? Dan is het verstandig om te onthouden dat de uitstraling van de woning niet mag veranderen. Zo wordt het moeilijk om neonborden aan je gevel te plaatsen. Een té groot reclamebord plaatsen kan ook rekenen op weerstand. Ook hier kun je veel controleren bij het omgevingsloket van de gemeente.

Regels rondom milieu belasten

Als je bedrijf het milieu belast ben je mogelijk verplicht om een milieuvergunning aan te vragen. Soms is een melding doen volgens het Activiteitenbesluit ook verplicht. Welke regels voor jou van toepassing zijn kun je vinden op Activiteitenbesluit Internet Module (AIM).

Overlast voorkomen

Een van de belangrijkste onderwerpen voor een bedrijf aan huis is overlast. Het veroorzaken van overlast voor je omgeving is vaak het startpunt van problemen. Dus twijfel je over wat voor overlast jouw bedrijfsactiviteiten aan huis veroorzaken? Dan ga je op onderzoek of neem je contact met de gemeente op.

Het is bijvoorbeeld al niet zomaar mogelijk om klanten aan huis te ontvangen. Parkeerplaatsen die bezet worden door jouw bedrijf/klanten vallen onder overlast. Maar ook geluidsoverlast, geuroverlast of plaats bezetting. Een bouwbedrijf aan je huis starten zal daarom lastiger zijn, dan bijvoorbeeld een beautysalon.

Webshop starten aan huis?

Je wilde altijd al je zelfgemaakte producten van huis verkopen? Heel goed bezig! Het is absoluut mogelijk om een webshop vanuit huis te starten. Er zijn wel wat regels waar je rekening mee wilt houden. Zo mogen klanten bijvoorbeeld geen bestelling aan huis afhalen. Tenzij je een detailhandel bent, hiervoor heb je weer een bestemmingsplan nodig. Dus zoek de samenwerking met postbedrijven op of lever je pakketjes op vaste momenten af. Dit voorkomt vaak al een hoop problemen.

Welke zakelijke verzekeringen heb je nodig

Als je vanuit huis start zijn je inboedelverzekering en opstalverzekering voor privébezittingen. Dus je bedrijfsmiddelen zijn niet automatisch meeverzekerd. Verzeker bijvoorbeeld een computer, voorraad of werkruimte daarom apart voor schade.

Toch zal de gemiddelde thuisondernemer geen grote zakelijke inventaris hebben. Daarvoor is schade die je aan andere aanricht verzekeren soms genoeg. Daarvoor is er een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering.

Heb je spullen opgeslagen op zolder of in een schuurtje. Sluit dan een zakelijke inventaris- en goederenverzekering af. Dat voorkomt problemen bij wateroverlast, diefstal of stormschade.

Je kunt de kosten van je zakelijke verzekeringen aftrekken in je aangifte inkomstenbelasting, waardoor je minder belasting betaalt.

Welke kosten van de werkruimte zijn aftrekbaar?

Indien je een werkruimte of kantoor in je huis hebt met een eigen ingang, toilet en wateraansluiting, kun je soms de kosten van deze werkruimte aftrekken bij je aangifte inkomstenbelasting. Hierbij kun je denken aan kosten voor de inrichting en elektriciteit. Wel dien je een minimaal aantal uren in je werkruimte te werken om hiervoor in aanmerking te komen.

Raadpleeg het hulpmiddel ‘Werkruimte’ van de Belastingdienst om te bepalen welke kosten je kunt aftrekken. Ook kun je advies inwinnen bij je boekhouder of accountant.

Privacyoverwegingen bij bedrijf aan huis

Bij het starten van een bedrijf aan huis moet je er rekening mee houden dat je adres zichtbaar wordt in het KVK Handelsregister. Dit komt doordat het vestigingsadres van je bedrijf hetzelfde is als je privéadres, aangezien het bedrijf vanuit huis wordt gerund. Volgens de wet moet het vestigingsadres van een bedrijf altijd openbaar zijn.

Je kunt overwegen om je vestigingsadres af te schermen. Hierdoor wordt je privéadres niet openbaar weergegeven in het Handelsregister. Raadpleeg hoe je dit kunt regelen.

Categorieën
Belastingen & Fiscaal Advies Inkomsten- en vennootschapsbelasting Nieuws Notariële Zaken & Rechtsvormen

Prinsjesdag 2023: De wetsvoorstellen rondom Vennootschappen, BV’s en Holdings

De wetsvoorstellen Voor Vennootschappen, BV’s en holdings staan op de planning. Tijdens Prinsjesdag 2023 heeft de overheid nieuwe wetsvoorstellen aangekondigd met betrekking tot de Vennootschapsbelasting (VPB). Bovendien wordt het schenken vanuit een vennootschap vereenvoudigd, maar de Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) ondergaat aanpassingen. Het thema excessief lenen komt opnieuw in de schijnwerpers te staan.

In dit artikel bespreken we de vier meest cruciale wetsvoorstellen van het Kabinet die de Vennootschap, BV en holding raken, en waarvan je als ondernemer op de hoogte moet zijn:

  1. VPB tarieven blijven ongewijzigd in 2024
  2. Wijzigingen in de regeling voor schenken vanuit een vennootschap
  3. Versoepeling van eisen aan bedrijfsopvolgingsfaciliteit
  4. Belangrijke Veranderingen in de Wet Excessief Lenen voor Ondernemers

1.VPB tarieven blijven ongewijzigd in 2024

Na een periode van aanzienlijke schommelingen, brengt 2024 wat stabiliteit met zich mee wat betreft de tarieven in de vennootschapsbelasting (VPB). Het lage VPB-tarief blijft gelijk met 2023 op 19% voor winsten tot €200.000. Voor winsten boven deze grens blijft het tarief 25,8%.

De Prinsjesdagstukken geven aan dat er voorlopig geen wijzigingen gepland zijn voor de VPB-tarieven. De ontwikkeling ziet er als volgt uit:

 

2021

2022

2023

2024

Laag tarief

15%

15%

19%

19%

Winstgrens

€45.000

€395.000

€200.000

€200.000

Hoog tarief

25%

25,8%

25,8%

25,8%

Minder winst valt onder het lage VPB-tarief

In 2021 en 2022 heeft de overheid de VPB-tarieven flink aangepast. Het lage tarief werd verlaagd naar 15%. Bovendien kwam er steeds meer winst in aanmerking voor dit lagere tarief, waarvan bijna vier ton in 2022. Afgelopen jaar werden de teugels strakker aangetrokken. De winstgrens werd bijna gehalveerd. Het lage tarief steeg daarnaast in één keer van 15% naar 19%. Voor 2024 lijken er voorlopig geen extra wijzigingen op komst, volgens de begroting. Dit betekent dat het kabinet niet de richtlijnen van het Centraal Planbureau volgt, dat rekent met een laag VPB-tarief van 19,7% en een winstgrens van €170.000.

In 2021 werden VPB-tarieven zelfs op het laatste moment gewijzigd

Het feit dat de begroting voor 2024 geen wijzigingen in de VPB-tarieven laat zien, betekent niet dat er niets kan veranderen. In 2021 wilde het toen demissionaire kabinet in eerste instantie niets veranderen aan de tarieven. Maar tijdens de begrotingsbehandeling wilde de Tweede Kamer alsnog voor €2 miljard aanpassingen aanbrengen. Om dit deels te financieren, werd het hoge VPB-tarief op het laatste moment verhoogd van 25% naar 25,8%. En als er snel een nieuw kabinet wordt gevormd, bestaat de mogelijkheid dat er nog veranderingen worden doorgevoerd in de tarieven voor het komende jaar.

2.Wijzigingen in de regeling voor schenken vanuit een vennootschap

Het kabinet introduceert een eenvoudiger systeem voor direct schenken vanuit een vennootschap. Dit betekent dat giften van de vennootschap aan een ANBI niet langer worden belast in box 2 of met dividendbelasting. Hierdoor wordt het aantrekkelijker om royale giften vanuit de vennootschap van de aanmerkelijkbelanghouder te doen. De giftenaftrek in de vennootschapsbelasting vervalt, waardoor giften niet meer fiscaal aftrekbaar zijn bij de winstberekening.

Desalniettemin blijven giften van de vennootschap aan een ANBI of SBBI vrijgesteld van schenkbelasting bij de ontvangende instelling. De voorgestelde wijzigingen, van kracht vanaf 1 januari 2024, omvatten: – Giften van de vennootschap aan een ANBI worden niet langer fiscaal aftrekbaar, zelfs niet onder het huidige maximum van 50% van de winst en €100.000. – Dergelijke giften worden niet beschouwd als inkomen in box 2, noch als opbrengst voor de dividendbelasting, tenzij de giften niet rechtstreeks door de vennootschap worden gedaan of als ze contante donaties als gunsten of bijdragen zijn.

De voorgestelde wijzigingen, die per 1 januari 2024 van kracht worden, omvatten:

  • Giften door een vennootschap aan een ANBI worden niet langer aftrekbaar, zelfs niet als deze minder bedragen dan het huidige wettelijke maximum van 50% van de winst en €100.000.
  • Het bedrag van dergelijke giften zal niet worden beschouwd als inkomen voor de aanmerkelijkbelanghouder in box 2, noch als opbrengst voor de dividendbelasting, tenzij de giften niet rechtstreeks door de vennootschap worden gedaan, bijvoorbeeld als ze afkomstig zijn van de aanmerkelijkbelanghouder zelf, of wanneer er sprake is van contante donaties als gunsten of bijdragen.

3.Versoepeling van eisen aan bedrijfsopvolgingsfaciliteit

De komende jaren ondergaan de fiscale regels voor bedrijfsopvolging wijzigingen. Het demissionaire kabinet heeft voorlopig 1 januari 2026 vastgesteld als de startdatum voor bepaalde aanpassingen, waaronder de versoepeling van de voorwaarden voor de toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) in de erf- en schenkbelasting.

Op Prinsjesdag presenteerde het demissionaire kabinet een apart wetsvoorstel om deze aanpassingen in de fiscale regelingen voor bedrijfsopvolging vast te leggen. De wijzigingen in de BOR van de Successiewet en de doorschuifregeling (DSR) van de inkomstenbelasting zijn opgesplitst in twee delen: een deel dat ingaat in 2024 en 2025, en een ander deel dat pas in 2026 van kracht wordt.

Aanpassing van de Bezitseis en Voortzettingseis in de BOR

In het Belastingplan van 2025, dat volgend jaar op Prinsjesdag wordt gepresenteerd, zullen de volgende ingrepen van toepassing zijn:

  • Vanaf 2026 geldt de BOR en DSR alleen nog voor reguliere aandelen, niet langer voor bijvoorbeeld opties op aandelen of winstbewijzen.
  • De bezitseis en voortzettingseis in de BOR worden aangepast. Momenteel vereist de BOR dat de opvolger de onderneming minstens 5 jaar voortzet. Bij schenking van een onderneming moet de schenker minstens 5 jaar eigenaar zijn geweest, en bij een erfenis is dat 1 jaar. Het kabinet overweegt nog hoe deze versoepeling er precies uit zal zien.
  • Het aanpakken van ongewenste constructies rondom de BOR staat eveneens op

    de agenda.

4.Belangrijke Veranderingen in de Wet Excessief Lenen voor Ondernemers

Voorheen maakten veel directeuren-grootaandeelhouders (DGA’s) gebruik van de mogelijkheid om geld uit hun vennootschap op te nemen via leningen of rekening-courantboekingen in plaats van dividenduitkeringen. Hierdoor hoefden DGA’s geen directe belasting te betalen, zoals bij dividenduitkeringen of het opnemen van een hoger salaris. Vanaf het belastingjaar 2023 belast de Belastingdienst echter dergelijke schulden.

Kort gezegd houdt deze wet in dat als de DGA en zijn partner samen op 31 december van enig jaar meer dan €700.000 aan schulden hebben bij de vennootschap, het extra bedrag wordt beschouwd als fictief dividend en onderworpen is aan 26,9% aanmerkelijk belangheffing.

Wijzigingen in 2024

Het Belastingplan 2024 bevat verdere aanpassingen aan de Wet Excessief Lenen. Een belangrijke verandering is dat een conserverende aanslag wordt opgelegd als een belastingplichtige na emigratie overmatige leningen aangaat bij een buitenlandse vennootschap. Er zijn ook wijzigingen met betrekking tot de verdeling van het maximale bedrag bij het beëindigen van een fiscaal partnerschap.

Categorieën
Nieuws Rechtsvorm van je bedrijf

De stichting in simpele taal

Wil jij iets belangrijks bijdragen aan de samenleving vanwege een maatschappelijk, sociaal of ideëel doel. Geen winstoogmerk, wel iets belangrijks doen? Dan is het oprichten van een stichting de juiste keuze voor jou. Een stichting is een geschikte rechtsvorm waarmee je jouw visie kunt realiseren en een positieve impact kunt hebben op de samenleving. In dit artikel ontdek je alles wat je moet weten over stichtingen.

De stichting als rechtsvorm

Bij deze rechtsvorm zijn bestuursleden niet persoonlijk aansprakelijk. Dit betekent dat je kunt werken aan je doelen, wetende dat de stichting juridisch verantwoordelijk is. Als rechtspersoon kan de stichting optreden namens zichzelf, bezittingen beheren, onroerend goed bezitten en zelfs een bankrekening openen.

Er zijn ook geen leden (zoals bij een vereniging), maar heeft een bestuur dat verantwoordelijk is voor de dagelijkse gang van zaken. In dit bestuur zit meestal een voorzitter, secretaris en penningmeester. Het is ook mogelijk dat één persoon al deze functies vervult. Bij grotere stichtingen komt vaak een raad van commissarissen of een raad van toezicht in beeld.

Het belangrijkste kenmerk van een stichting is dat het geen winstoogmerk heeft. Hoewel er financiële middelen nodig zijn om de belangrijke doelen te bereiken, mag een eventuele winst niet worden uitgekeerd aan bestuurders. Dit betekent dat alle inkomsten, zoals donaties, inbreng van oprichters, inzamelingen, erfenissen, subsidies en fondsen, uitsluitend worden gebruikt om de doelstellingen te realiseren.

Hoe richt je zo’n organisatie op?

Een stichting kan alleen worden opgericht door een notaris. De notaris stelt de oprichtingsakte op, waarin de statuten worden vastgelegd. In samenspraak met de oprichter(s) bepaalt de notaris de inhoud van deze statuten, die fungeren als het ‘reglement’. De statuten omvatten onder andere de naam, het doel, de bevoegdheden van het bestuur en de bestemming van het vermogen bij ontbinding van de stichting.

Wil je hier werk van maken, dan is het verplicht om je in te schrijven, je moet iedereen in het bestuur dan ook registreren bij het KVK Handelsregister. Controleer even of de notaris hier bij de oprichting voor zorgt. Dat is normaal wel het geval.

Bij het oprichten van een stichting is het ook nodig om de Ultimate Beneficial Owners (UBO’s) in te schrijven bij de KVK. Dit zijn de uiteindelijke belanghebbenden van de stichting, zoals personen die meer dan 25% van het vermogen van de stichting ontvangen. Een stichting kan één of meerdere UBO’s hebben. De notaris maakt gebruik van formulier 31 om de UBO’s in te schrijven in het UBO-register.

Wat zijn de kosten?

Er is geen vereist minimum startkapitaal. De notariskosten voor het oprichten van een stichting variëren doorgaans tussen de 400 en 1.000 euro, afhankelijk van de notaris en de complexiteit van de statuten. Daarnaast wordt er een eenmalig bedrag van 75 euro in rekening gebracht voor de inschrijving van de stichting in het Handelsregister.

Naast de oprichtingskosten heeft een stichting ook andere financiële verplichtingen. Hierbij kun je denken aan kosten voor het ontwerpen van een huisstijl of logo, verzekeringen, bankkosten, bestuurskosten, vergaderkosten en administratiekosten.

Als een stichting ook een onderneming heeft, is het bij een bepaalde omzet verplicht om een jaarrekening te deponeren. De benodigde gegevens die ingediend moeten worden, zijn afhankelijk van de omvang van de onderneming. Over het algemeen liggen de jaarlijkse administratiekosten voor een stichting tussen de 600 en 1.800 euro.

Aansprakelijkheid en schulden

Als rechtspersoon is een stichting verantwoordelijk voor haar schulden, terwijl de bestuurders in principe niet persoonlijk aansprakelijk zijn. Er zijn echter uitzonderingen op deze regel. Bestuurders kunnen namelijk wel aansprakelijk gesteld worden in geval van wanbestuur. Daarom is het belangrijk om een bestuurswissel binnen acht dagen door te geven aan het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KVK). Wanneer voormalige bestuurders nog steeds vermeld staan in het Handelsregister, blijven zij namelijk aansprakelijk.

Tekenbevoegdheid van het bestuur

Het bestuur van de stichting heeft gezamenlijke tekenbevoegdheid. Dit betekent dat de bestuurders namens de stichting contracten kunnen ondertekenen en juridische handelingen kunnen verrichten. De specifieke regels over, van, voor wie individueel mag tekenen en wanneer er gezamenlijk getekend moet worden, worden vastgelegd in de statuten. Hierin kunnen ook eventuele voorwaarden met betrekking tot de tekenbevoegdheid worden opgenomen.

Effecten van een bestuurswijziging

Een verandering in het bestuur kan gevolgen hebben voor verschillende aspecten, zoals vergunningen van de gemeente, financiering, verzekeringen, het pensioenfonds en de bankrekening van de stichting. Raadpleeg de website van de betreffende (financiële) instelling om te achterhalen welke stappen je moet nemen bij het wijzigen van bestuursleden. Het is belangrijk om de juiste procedures te volgen om een soepele overgang en voortzetting van de stichtingsactiviteiten te waarborgen.

Schuldafhandeling en hulp bij schulden

Als rechtspersoon is de stichting verantwoordelijk voor haar schulden. In geval van ontbinding van de stichting, ben jij en je medebestuursleden in principe niet persoonlijk aansprakelijk voor deze schulden, tenzij er sprake is van wanbestuur. Als de stichting niet langer in staat is om leveranciers te betalen en openstaande schulden af te lossen, zijn er mogelijkheden om snel hulp te zoeken. Raadpleeg het stroomschema schulden om te achterhalen waar je terecht kunt voor ondersteuning bij zakelijke en/of privéschulden. Dit kan je helpen bij het vinden van de juiste oplossingen.

Belastingverplichtingen

Of de stichting verplicht is om btw in te houden en af te dragen aan de Belastingdienst hangt af van de specifieke situatie. Om te controleren of jouw stichting belastingaangifte moet doen, kun je terecht bij de Belastingdienst.

Vennootschapsbelasting

Over het algemeen heeft een stichting geen verplichting tot het betalen van vennootschapsbelasting over de behaalde winst, tenzij de stichting een onderneming exploiteert. Om als onderneming te worden beschouwd, moet aan de volgende drie voorwaarden worden voldaan:

  • Er is een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid
  • De stichting moet deelnemen aan het economische verkeer
  • Het oogmerk van de stichting moet gericht zijn op het behalen van winst

Als er sprake is van een onderneming, kan de stichting gebruikmaken van verschillende aftrekposten voor vennootschapsbelasting, zoals diverse vormen van investeringsaftrek.

Administratieve verplichtingen

Het bijhouden van een administratie is een vereiste voor een stichting. Er geldt een bewaarplicht van 7 jaar voor de administratieve gegevens.

Dus is het belangrijk om de inkomsten en uitgaven nauwkeurig vast te leggen. De inkomsten van een stichting kunnen bestaan uit eigen activiteiten, donaties en subsidies.

De penningmeester is verantwoordelijk voor het bijhouden van de administratie. Dit omvat niet alleen het opstellen van de boekhouding, maar ook het bewaren van kassabonnen, overeenkomsten, correspondentie en digitale gegevens.

Register van uitkeringen

Vanaf 8 juli 2020 is het verplicht voor een stichting die uitkeringen doet om een apart register van uitkeringen bij te houden. In dit register moeten de namen en adressen worden opgenomen van de ontvangers van de uitkeringen, samen met de datum en het bedrag van de uitkering. Deze registratie geldt alleen voor uitkeringen die niet hoger zijn dan 25 procent van het bedrag dat in het boekjaar voor uitkering beschikbaar is.

Als een stichting een uitkering doet die hoger is dan 25 procent van het bedrag dat voor uitkering beschikbaar is in een boekjaar, moet de ontvanger van deze uitkering zich registreren in het UBO-register.

Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het nauwkeurig bijhouden van het register van uitkeringen. Dit register van uitkeringen is niet openbaar en kan alleen worden ingezien door de Belastingdienst. Maar voorkom problemen, want het niet naleven van deze verplichting kan leiden tot onbehoorlijk bestuur,. Bestuurders kunnen daarvoor aansprakelijk worden gesteld.

Werkgeverschap

Een stichting heeft de mogelijkheid om personeel in dienst te nemen. Als werkgever is de stichting verantwoordelijk voor het betalen van loonheffingen en sociale premies. Indien je voor het eerst een werknemer in dienst neemt, dien je je als werkgever te registreren bij de Belastingdienst en het aantal werkzame personen door te geven aan KVK.

Vergoeding voor bestuursleden

Binnen een stichting werken de meeste bestuurders op vrijwillige en onbetaalde basis. Er bestaat echter de mogelijkheid om bestuurders een onkostenvergoeding te geven, bijvoorbeeld voor reis- en verblijfskosten. Daarnaast kan er ook vakantiegeld worden verstrekt, wat een vergoeding per vergadering is. Het is belangrijk op te merken dat bestuursleden bij deze vergoedingen niet in loondienst zijn.

In sommige gevallen kan een bestuurder wel in loondienst zijn. Dit vereist een gezagsverhouding, een salaris en werkzaamheden die verband houden met dat salaris. In dit geval fungeert de stichting als werkgever en valt de bestuurder onder de werknemersverzekeringen. De bestuurder is dan verplicht om inkomstenbelasting over zijn salaris te betalen.

Vrijwilligersvergoeding

Als vrijwilliger kun je belastingvrij een vergoeding ontvangen. Hier zijn echter bepaalde voorwaarden aan verbonden:

  • Je bent 21 jaar of ouder
  • Je ontvangt een vergoeding op basis van het aantal gewerkte uren
  • De vergoeding bedraagt maximaal 5 euro per uur, met een maximum van 190 euro per maand en 1.900 euro per jaar
  • Deze maximumbedragen zijn de totale vergoeding voor jouw inzet

Werk je als vrijwilliger bij meerdere organisaties en ontvang je per organisatie een vergoeding die onder de maximumvergoeding blijft, maar bij elkaar opgeteld de grens overschrijdt? In dat geval dien je de ontvangen vergoedingen aan te geven in je aangifte inkomstenbelasting. Deze vergoedingen worden belast met inkomstenbelasting, tenzij de vergoedingen je daadwerkelijke kosten dekken.

Het beëindigen van een stichting

Om een stichting te beëindigen, dient het bestuur de rechtspersoon te ontbinden. Het stopzetten betekent niet direct het einde van de rechtspersoon. Pas na vereffening is de rechtspersoon daadwerkelijk beëindigd. Vereffening houdt in dat alle schulden en uitkeringen volledig zijn voldaan. Als er nog vermogen overblijft, vermelden de statuten waar dit geld naartoe gaat.

Na het beëindigen dien je de boekhouding van de stichting nog 7 jaar te bewaren. Het bestuur wijst een persoon aan die verantwoordelijk is voor deze taak, en deze persoon wordt ingeschreven in het KVK Handelsregister.

Als je stopt met je onderneming/organisatie kan dat gevolgen hebben op meerder vlakken. Denk hierbij aan vergunningen van de gemeente, financiering, verzekeringen, pensioenfond of zelfs de bankrekening van de stichting. Je moet dus rekening houden dat je op al die vlakken stappen moet ondernemen als je stopt.

Een stichting of vereniging oprichten?

Bij het overwegen van de oprichting zijn er verschillende aspecten om rekening mee te houden. Hieronder geven we een cijferbe0oordeling voor het laatste punt:

  1. Vereiste inspanning voor oprichting:
  • Stichting: ★★★★☆ (4/5)
  • Vereniging: ★★☆☆☆ (2/5)
  1. Aansprakelijkheid van bestuurders:
  • Stichting: ★★★★☆ (4/5)
  • Vereniging: ★★☆☆☆ (2/5)
  1. Besluitvormingsproces:
  • Stichting: ★★☆☆☆ (2/5)
  • Vereniging: ★★★☆☆ (3/5)
  1. Doelgerichtheid van de rechtsvorm:
  • Stichting: ★★★★☆ (4/5)
  • Vereniging: ★★★☆☆ (3/5)
  1. Geschiktheid voor individuele oprichting:
  • Stichting: ★★★★★ (5/5)
  • Vereniging: ★★☆☆☆ (2/5)

Op basis van deze beoordelingen is een stichting over het algemeen gunstiger wanneer het gaat om individuele oprichting, aansprakelijkheid van bestuurders en het behalen van ideële doelen. Een vereniging is daarentegen geschikter als er meer nadruk ligt op een democratisch besluitvormingsproces en gezamenlijke maatschappelijke activiteiten.

Houd er rekening mee dat dit advies algemeen van aard is en dat het raadzaam is om specifiek advies in te winnen bij een professional op basis van jouw specifieke situatie.

Categorieën
Nieuws Rechtsvorm van je bedrijf

De holding bv in begrijpelijke taal

Een holding bv is de hoogste vennootschap in een groep van bedrijven. Het is de plek waar je bezittingen, zoals aandelen in andere bv’s, een bedrijfspand of winst, worden ondergebracht. Een werkmaatschappij is een bedrijf waarvan de aandelen in handen zijn van de holding. Een vennootschap is gewoon een ander woord voor een bedrijfsvorm.

Wat is een holding bv?

Een holding is meestal een besloten vennootschap (bv) of een naamloze vennootschap (nv). Met een holding kun je de bedrijfsrisico’s van je werkmaatschappij scheiden van de bezittingen die je in je holding hebt. Je kunt een holding bv oprichten wanneer je start met het bedrijf of terwijl je al een bedrijf hebt.

Aandelen worden verdeeld

Bij het oprichten van een bv moet er een minimumkapitaal aanwezig zijn, maar dit kan al met een bedrag van €0,01. De bv is verdeeld in aandelen, waarvan de waarde wordt betaald door de aandeelhouders. Een holding is eigenaar van aandelen in een of meerdere andere bedrijven. Als je de enige aandeelhouder bent van de holding, noemen we het een persoonlijke holding. Als je meer dan 5% van de aandelen in een bv bezit en ook in dat bedrijf werkt, ben je een directeur-grootaandeelhouder (DGA).

holding bv constructie

Bedrijfsrisico’s voor ondernemers

Met een holding houd je je bezig met het beheren van bezittingen, terwijl je de daadwerkelijke bedrijfsactiviteiten uitvoert in je werkmaatschappij. De bedrijfsrisico’s liggen bij de werkmaatschappij, zoals claims van klanten of het niet nakomen van afspraken. Als de werkmaatschappij failliet gaat, heeft dat geen invloed op de bezittingen in je holding.

Wanneer is een tussenholding handig?

Soms kan het handig zijn om een tussenholding op te zetten tussen de holding en de werkmaatschappij(en). Dit kan bijvoorbeeld helpen bij het spreiden van bedrijfsrisico’s of in het geval van bedrijfsoverdracht. De tussenholding is dan aandeelhouder van de werkmaatschappij(en), vervolgens zijn de persoonlijke holdings van de betrokken ondernemers gezamenlijk aandeelhouders zijn van de tussenholding.

Tussen constructie holding / bv

Hoe richt ik een holding bv op?

Je kunt een holdingstructuur opzetten bij de start van je bedrijf of op een later moment, zelfs als je al een bestaand bedrijf hebt. Hier zijn twee mogelijke scenario’s:

  1. Bij de start van je bedrijf: Richt eerst de holding bv op bij een notaris. Vervolgens richt de holding bv de werkmaatschappij bv op, waarbij jij als vertegenwoordiger optreedt. Jij wordt eigenaar van de aandelen in de holding bv, terwijl de holding bv eigenaar wordt van de aandelen in de werkmaatschappij. De notaris registreert deze bv’s bij het KVK Handelsregister en vermeldt de Ultimate Beneficial Owners (UBO’s).
  2. Terwijl je al een bestaand bedrijf hebt: Je kunt je eenmanszaak omzetten naar een holding bv en een werkmaatschappij. Een andere optie is om eerst een holding bv en een werkmaatschappij op te richten en vervolgens je eenmanszaak aan de werkmaatschappij te verkopen. Raadpleeg een adviseur, zoals een boekhouder of fiscalist, om de beste aanpak te bepalen op basis van jouw persoonlijke situatie.

Houd er rekening mee dat het oprichten van een holding bv specifieke juridische en fiscale gevolgen kan hebben. Het is verstandig om professioneel advies in te winnen bij een notaris, boekhouder, fiscalist of andere gekwalificeerde professional voordat je stappen onderneemt om een holding bv op te richten.

Categorieën
Nieuws Rechtsvorm van je bedrijf

5 tips om je vereniging goed te organiseren

Wist je dat er in Nederland ruim 5.000 bedrijfsorganisaties zijn? Daarvan zijn er 1.300 lokale ondernemersverenigingen. Je hebt maar weinig nodig om een vereniging te starten. Vaak is een handdruk en een schouderklop al genoeg. Maar voordat je in zo’n avontuur duikt is het goed om een aantal dingen te weten. Het is bijvoorbeeld slim om wat zaken vooraf te bespreken en vast te leggen. Hoe beperk je bijvoorbeeld aansprakelijkheid als bestuur? Wat voor werkzaamheden worden door de bestuursleden gedaan?

Dus tijd om 5 tips te lezen over het goed organiseren van je vereniging.

1. Leg het vast bij de notaris

Is het verplicht? Nee. En het kost ook nog eens wat. Maar leg je het niet vast bij de notaris, dan loop je risico. Want de bestuurder kan de vereniging dan niet juridisch vertegenwoordigen. Dat betekent automatisch dat hij of zij persoonlijk aansprakelijk wordt gehouden. Dus beperk je risico’s en richt je vereniging op via de notaris. Vervolgens heb je een oprichtingsakte of statuten, waarin de belangrijkste regels vastgelegd worden. Handig, want naast de vertegenwoordiging en het kiesrecht komt ook het doel en de doelgroep hierin te staan. Hoe het vervolgens gaat met benoemingen en andere wijzigingen ligt ook vast. Zo’n document kan veel problemen voorkomen dus.

2. Maak een huishoudelijk reglement

Hoe belangrijk het document van de notaris ook is. Hier kun je niet alles in kwijt. Dus stel je als vereniging een huishoudelijk reglement op. Dit document is niet wettelijk vastgelegd en daardoor makkelijker aanpasbaar. Zet hier de volgende zaken minimaal in:

  1. Hoe werkt het lidmaatschap, is er sprake van contributie?
  2. Welke taken en bevoegdheden heeft het bestuur?
  3. Hoe worden besluiten genomen samen met de leden?
  4. Met welke frequentie wordt er vergaderd?
  5. Je hebt verschillende faciliteiten ter beschikking? Welke regels gelden er rondom gebruik door leden?

3. Een vereniging heeft leden nodig

Hoe meer leden je hebt, hoe meer werk een vereniging kan verrichten. Maar je komt niet zomaar aan heel veel leden. Plus je bent al snel wat mensen kwijt aan bestuursfuncties. Denk aan een voorzitter (waarschijnlijk jijzelf), secretaris, penningmeester en wat managers. Van commissieleiders tot aan community managers, je kunt het zelf bepalen. Maar commissies instellen en leden taken geven is een veel gebruikte methode. Daarnaast wil je leden natuurlijk actief betrekken, zodat het besturen gemakkelijker verloopt. Dus commissieleiders kunnen weer leden vragen om in de commissie te komen bijvoorbeeld. En een van de belangrijkste commissies is natuurlijk die van het leden werven.

4. Werk met een plancyclus

Als bestuur wil je jaarlijks je leden op de hoogte houden van de planning en begroting. Hiervoor wordt vaak een presentatie gegeven. Daarin kun je het jaarplan, beleidsplan of meerjarenplan toelichten. Je wilt transparant zijn richting je leden, want zij betalen mee aan alles wat de vereniging doet. Je kunt hiervoor vaak een Algemene Ledenvergadering (ALV) organiseren. Of je stelt een commissie aan die hiervoor verantwoordelijk is. Zolang je leden maar informeert over resultaten in geld en activiteiten. Wordt er mee ingestemd dan verlenen de leden ‘decharge’ aan het bestuur. Wat eigenlijk heel deftig is voor; we stemmen ermee in en ontlasten het bestuur van aansprakelijkheid. Het is sowieso handig om na te denken over een eventuele bestuursaansprakelijkheidsverzekering. Dan is een bestuur verzekerd tegen schadeclaims na een bestuurlijke fout.

5. Geef bestuurswisselingen door aan de KvK

Het komt regelmatig voor dat een vereniging wisselt van bestuur. Het is belangrijk dat een vereniging dat opgericht is via de notaris dit doorgeeft. Want deze vereniging is voor iedereen vindbaar in het KVK-Handelsregister. Zorg dat het register van de KVK, Google, Site enz. up to date is. Dan is het voor buitenstaanders direct duidelijk wie er op dat moment tekenbevoegd en aansprakelijk is. De vertegenwoordigers van de vereniging spelen namelijk een belangrijke rol. Ze zijn als het ware het gezicht van de vereniging. Plus, als je als je niet actief bestuurder bent wil je ook de aansprakelijkheid doorgeven. Dus zorg dat deze altijd bijgehouden worden.