Categorieën
news Uncategorized

Deadline btw-aangifte gemist?

De belastingdienst teleurstellen is altijd vervelend. Het gaat namelijk vaak gepaard met boetes. Dus heb je de deadline btw-aangifte gemist? Dan ligt een boete op de loer, want als ondernemer moet je per maand, kwartaal of jaar belasting afdragen. Toch hoef je niet altijd een boete te betalen. Laten we eens uitzoeken hoe dat zit.

Maximaal mogelijke boetes

Het overkomt meer ondernemers dan je denkt. Zo waren er volgens de Belastingdienst in het tweede kwartaal van dit jaar zo’n 140.000 ondernemers te laat. Die hebben de deadline btw-aangifte gemist. Nu stuurt de fiscus tegenwoordig een sms’je of e-mail. Er wordt bijvoorbeeld aanbevolen om de aangifte van het derde kwartaal alsnog in te leveren. Lever die uiterlijk voor 7 november 2023 in en betaal direct de verschuldigde btw.

Ben je te laat met je aangifte, dan kost dat €68. Maar dat staat volgens de fiscus los van de betaling. Dus ben je te laat met je aangifte én betaal je ook de BTW niet? Dan volgt er ook nog eens een boete voor betaalverzuim. En dat kan dus oplopen tot €5.514.

Niet direct een ramp, maar wel opletten

Gelukkig is er een manier om deze boete te voorkomen. Er geldt namelijk een coulancetermijn van 7 dagen na de uiterste inleverdatum. Als de aangifte binnen die termijn binnenkomt, volgt er geen boete. Daarom roept de Belastingdienst in het bericht ondernemers op om uiterlijk 7 november de aangifte in te dienen. Niet toevallig dus 7 dagen na de deadline van 31 oktober 2023.

Het is niet meteen een ramp als een ondernemer een paar dagen te laat is. Toch is het belangrijk om op te letten, want verzuimboetes stapelen zich op als de ondernemer vaker deadlines mist. Een uitzondering hierop is de zogeheten suppletieaangifte voor de BTW. Als een ondernemer ontdekt dat er te weinig (of te veel) BTW is afgedragen, moet hij tijdig zo’n suppletieaangifte indienen. Als de Belastingdienst later vaststelt dat de ondernemer dit ten onrechte niet heeft gedaan, volgt er hoe dan ook een boete.

Kiezen voor de kleineondernemersregeling (KOR)

Om boetes te vermijden, is het natuurlijk het beste om tijdig aangifte te doen en de verschuldigde BTW voor de deadline af te dragen (dat kan tegenwoordig eenvoudig via iDeal). Voor ondernemers met een relatief beperkte BTW omzet is er ook de optie van de Kleineondernemersregeling (KOR). Ondernemers die in een jaar onder de €20.000 omzet blijven, komen mogelijk in aanmerking voor deze regeling. Deelnemers aan de KOR hoeven geen uitgebreide BTW-administratie bij te houden en ook geen BTW-aangifte in te dienen. Echter, de KOR-deelnemer mag ook geen BTW in aftrek brengen.

Het is een keuze die voor drie jaar geldt, dus ondernemers die op termijn een aanzienlijke investering verwachten inclusief BTW aftrek moeten wellicht twee keer nadenken over deelname. Ondernemers die de KOR met ingang van 2024 willen toepassen, moeten zich uiterlijk 2 december 2023 melden bij de Belastingdienst.

Wil je meer advies over financiële strategieën en administratieve optimalisatie? CijferAdvies staat klaar om je te begeleiden. Neem contact op voor een gratis gesprek en ontdek hoe wij je onderneming kunnen ondersteunen.

Categorieën
news Uncategorized

Kleine ondernemer mist professioneel klankbord

Leeuwarden, 3 november 2023 – CijferAdvies opent een gratis spreekuur voor de kleine ondernemer in Leeuwarden en omgeving. Zo hopen zij een bijdrage te leveren aan gezond ondernemerschap in tijden van economische uitdagingen. Juist als het minder gaat met de ondernemer verandert de rol van boekhouder naar financiële huisarts.

De kleine ondernemer, zoals zzp’ers en mkb-ondernemers, mist vaak een professioneel klankbord om inzicht te krijgen in hoe ze hun bedrijfsvoering kunnen verbeteren. Ze zijn vaak gefocust op directe inkomsten en besteden minder aandacht aan hun financiële huishouding. Toch is dit aspect van het ondernemerschap essentieel. Vooral gezien de veranderende wetgeving met betrekking tot zaken als pensioenvoorzieningen voor zelfstandigen en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Daarnaast spelen persoonlijke factoren zoals toeslagen, woningtekorten en familieomstandigheden een rol in het leven van ondernemers, waarbij een klankbord zeer wenselijk is.

CijferAdvies heeft zich ontwikkeld als een financiële huisarts voor ondernemers. Hoewel financiële kwesties vaak aan bod komen in de administratie, zijn er tal van andere onderwerpen die onbesproken blijven. Uit gesprekken met ondernemers is gebleken dat traditionele accountants zich vaak te veel richten op cijfers en te weinig op persoonlijk ondernemersadvies. Met de groei van het aantal kleine zelfstandigen, naar c.a. 1,3 miljoen zzp’ers, is er vooral behoefte aan een plek waar ze een luisterend oor en professioneel advies vinden.

CijferAdvies vestigt zich vanaf 1 november in Leeuwarden om ondernemers te ondersteunen bij hun administratie en ondernemersvraagstukken. Ondernemers kunnen zich aanmelden voor een eerste gratis advies door een e-mail te sturen naar i.bejjati@cijferadvies.nl. Het spreekuur wordt gehouden in het kantoorpand op Sophialaan 1A in Leeuwarden, van maandag tot en met vrijdag tussen 19.00 en 21.00 uur op afspraak.

Kleine ondernemer mist klankbord
Imad el Bejjati en Mia Koppens - eigenaren CijferAdvies Leeuwarden
Categorieën
news Uncategorized

Omzetverlies aanpakken: 7 praktische tips voor ondernemers

Veel ondernemers hebben helaas de harde realiteit van omzetverlies moeten doorstaan. Klanten blijven weg, rekeningen stapelen zich op, en financiële zorgen nemen toe. Als jij je hierin herkent, ben je niet alleen. Het goede nieuws is dat er manieren zijn om deze uitdagingen aan te gaan en je bedrijf weer op de weg naar herstel te zetten.

In dit artikel delen we zeven praktische tips om omzetverlies aan te pakken en je bedrijf weer financieel gezond te maken. Deze adviezen helpen je om grip te krijgen op de situatie, verlies om te buigen naar winst en je bedrijf te laten floreren. Voor ernstige gevallen is er de Intensive Care voor Ondernemers van CijferAdvies.  

Lees verder om te ontdekken hoe je deze stappen kunt inzetten en je zo de wind weer in de zeilen krijgt.

1. Breng je huidige situatie in kaart

Bekijk de bedrijfssituatie van nu. Gebruik hiervoor de KVK Zwaar weer routewijzer of ga het gesprek aan met je boekhouder. Met de routewijzer ontdek je of er voor je bedrijf nog kansen liggen voor financieel herstel. Geef antwoord op de vragen en gebruik het stappenplan dat bij je bedrijf past.

De Toekomstcheck laat zien hoe je bedrijf er financieel voor staat. En geeft een voorspelling voor de komende twaalf maanden.  Wil je meer inzicht in je financiën? Dan kun je altijd bellen met je CijferAdviseur.

2. Zie omzetverlies voor wat het is

Pieker je ’s nachts en blijf je maar malen over de toekomst van je bedrijf? Vaak begint financieel herstel met het simpelweg erkennen van de problemen. Het is cruciaal om je geldzorgen serieus te nemen. Als ze terecht zijn, is het tijd om actie te ondernemen. Het aanpakken van financiële zorgen voorkomt bijvoorbeeld dat de bank je krediet opeist.

3. Er is meer mogelijk dan je denkt

Houd je blik op de horizon gericht. Je kunt dit alleen doen of samen met een ervaren kapitein, oftewel een externe adviseur. Misschien zijn er nog marktkansen die je gemist hebt? De wind kun je niet veranderen, maar je zeilen kun je nog verzetten. Door middel van een nieuw verdienmodel bijvoorbeeld.

Er is ook veel te regelen met bestaande kredieten, crediteuren en alternatieve financiering. Duik niet te snel in de schuldsanering. Er is meer mogelijk dan je denkt. Vervolgens zijn er nog regelingen zoals het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz). De Bbz is er om inkomstenondersteuning of een lening af te sluiten. Raadpleeg je boekhouder bij vragen.

4. Laat schulden niet uit de hand lopen

Schulden kunnen hardnekkig zijn. Ze verdwijnen ook niet vanzelf. Onze Intensive Care voor ondernemers bij CijferAdvies staat klaar voor de meest urgente situaties. We kunnen je een begeleid traject op maat aanbieden, aangepast aan jouw specifieke situatie. Onze gespecialiseerde adviseurs staan tot je beschikking om samen met jou de meest geschikte aanpak te bepalen.

Daarnaast hebben we verschillende juridische instrumenten tot onze beschikking, zoals de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA). Met behulp van deze regeling kunnen we schulden herstructureren terwijl je bedrijfsactiviteiten gewoon doorgaan. Als er een akkoord wordt bereikt via de WHOA, kun je met een frisse start verder gaan.

Als je liever je bedrijfsactiviteiten onveranderd voortzet, biedt een ‘Minnelijk Traject‘ een alternatieve route. Dit traject is ontworpen om je bedrijf stabiel te houden in financieel zwaar weer. Als echter blijkt dat deze aanpak niet leidt tot de gewenste resultaten, kun je altijd terugvallen op de ‘Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP)‘. Dit is vaak de beste keuze voor ondernemers met een eenmanszaak, vof, cv of maatschap en biedt de mogelijkheid om je schulden gecontroleerd af te wikkelen zonder faillissement.

5. Vraag uitstel aan

Ademruimte is kostbaar. Het geeft je de tijd om bepaalde zaken om te gooien. Die tijd kan het verschil maken tussen faillissement of een herstart. Kun je bijvoorbeeld na de belastingaangifte andere belastingen niet betalen? Dan is het aanvragen van uitstel of een betalingsregeling verstandig. Het is van cruciaal belang om je belastingaangifte tijdig in te dienen. Dit voorkomt onnodig hoge schattingen en boetes. Als je je medewerkers niet meer kunt voorzien van hun loon, is het belangrijk om betalingsonmacht bij het UWV te melden. Wees op tijd, zo voorkom je verdere problemen.

6. De levensvatbaarheid van je bedrijf beoordelen

Als de problemen zich blijven opstapelen, is het tijd om te beoordelen of je bedrijf nog levensvatbaar is. De beslissing om te stoppen met ondernemen is nooit gemakkelijk. Toch is het verstandig om deze optie serieus te overwegen als de vooruitzichten voor je bedrijf somber blijven. Als je tot de conclusie komt dat je bedrijf niet langer levensvatbaar is, is het belangrijk om de financiële schade zoveel mogelijk te beperken. Ook hier zijn er vaak meer mogelijkheden dan je denkt.

7. Aarzel niet en vraag om hulp!

Het is slim om financiële problemen niet te lang te laten voortduren. Wanneer schulden blijven oplopen, wordt terugbetalen steeds ingewikkelder. Wacht daarom niet langer en zoek nu hulp bij je financiële problemen. CijferAdvies staat klaar om je te ondersteunen en samen met jou de beste oplossing voor je bedrijf te vinden. Neem vandaag nog contact met ons op en zet de eerste stap naar financieel herstel.

Categorieën
news Uncategorized

Coronabelastingschulden blijven een zorg voor kleine bedrijven

Kleine en middelgrote ondernemingen zoeken steeds vaker hulp bij de Belastingdienst, want zij worstelen met het afbetalen van hun belastingschuld. Staatssecretaris Van Rij werpt licht op de actuele situatie rondom coronabelastingschulden.

De vooruitzichten geven aanleiding tot bezorgdheid: we verwachten dat in de nabije toekomst meer bedrijven een beroep zullen doen op saneringsverzoeken en het aantal faillissementen zal stijgen. Het midden- en kleinbedrijf kampt het meest met betaalachterstanden.

Op 25 september 2023 bedroeg de openstaande schuld in de betalingsregeling nog €13,2 miljard, wat ongeveer 28% is van het oorspronkelijke bedrag waarvoor uitstel was verleend. Er is een groep van 27.000 ondernemers die nog niks hebben afgelost. Deze groep heeft ook nog geen concrete hulpvraag gesteld aan de Belastingdienst of hulpverlenende organisaties. Een deel heeft ook meerdere betalingstermijnen gemist. Een kleinere groep heeft de regeling verloren vanwege het niet nakomen van hun lopende verplichtingen. Later in oktober 2023 verwachten worden er nog eens ongeveer 8.000 intrekkingen verwacht.

Achterstanden in de coronabetalingsregeling

Elf maandelijkse aflossingstermijnen zijn verstreken sinds het begin van de betalingsregeling. Op 1 oktober 2023 hebben ongeveer 60.000 ondernemers (23%) in de coronabetalingsregeling betalingsachterstanden. Staatssecretaris Van Rij doet een oproep aan deze ondernemers die tot nu toe geen actie hebben ondernomen, om contact op te nemen met de Belastingdienst of andere hulpverlenende organisaties voor mogelijke ondersteuning.

Medio november 2023 ontvangt een nieuwe groep van 30.000 ondernemers een waarschuwingsbrief. Dat heeft te maken met structurele betalingsachterstanden in de coronabetalingsregeling of nieuwe verplichtingen. Ze moeten binnen 14 dagen actie ondernemen om intrekking van de coronabetalingsregeling te voorkomen. De brief benadrukt dat ondernemers in alle fasen, inclusief na het dwangbevel, nog steeds hulp kunnen vragen.

Saneringsverzoeken en ontbrekende informatie

Bij saneringsverzoeken van ondernemingen met betalingsproblemen merkt de Belastingdienst op dat in veel gevallen niet alle benodigde gegevens worden verstrekt. De Belastingdienst neemt een soepele houding aan bij de beoordeling van saneringsverzoeken. Ze kunnen alleen niet meewerken aan verzoeken van bedrijven die niet voldoen aan de gestelde voorwaarden in de regelgeving.

De Intensive Care voor ondernemers met schulden

CijferAdvies staat klaar om ondernemers te ondersteunen die worstelen met coronabelastingschulden. Onze missie is om te laten zien dat faillissement niet altijd de enige optie is. Vaak zijn er meer mogelijkheden dan ondernemers zich realiseren. Met de juiste begeleiding en een doordachte aanpak, kunnen bedrijven hun financiële gezondheid herstellen en een solide toekomst opbouwen. We fungeren als de financiële huisarts voor ondernemers, bieden inzichten, advies en ondersteuning om hen door deze uitdagende tijden te loodsen en te helpen hun onderneming nieuw leven in te blazen. Wacht niet tot het te laat is, neem contact met ons op en ontdek wat er voor jouw bedrijf mogelijk is.

Bron: Kamerbrief Stand van zaken coronabelastingschuld, nr. 2023-0000230436, Ministerie van Financiën, 16 oktober 2023

Categorieën
news Uncategorized

Hoe kun je zwart werken voorkomen als je een beetje bijklust?

Moet je belasting betalen als je af en toe oppast, klust, of freelancet? Het antwoord is ja. Of je nu bijklust in de horeca, schoonmaakt bij mensen thuis, of je creatieve producten verkoopt, al deze extra inkomsten moeten worden aangegeven bij de Belastingdienst. Het is een misverstand dat een bepaalde hoeveelheid bijverdienen zonder belastingaangifte mag worden gehouden. In deze blog gaan we dieper in op hoe je legaal kunt bijverdienen zonder in de problemen te komen met de belastingdienst en eventuele uitkeringen in gevaar te brengen.

Misverstand over bijverdienen

Er bestaat een misverstand dat zowel ondernemers, werknemers als uitkeringsgerechtigden tot een bepaald bedrag zwart mogen bijverdienen. In werkelijkheid mag je zoveel bijverdienen als je wilt, zolang je dit maar opgeeft bij de inkomstenbelasting. Houd er rekening mee dat extra inkomsten gevolgen kunnen hebben voor de hoogte van eventuele uitkeringen.

Hoeveel belasting je betaalt over deze extra inkomsten hangt af van je persoonlijke situatie en je overige inkomen. Als je een laag inkomen hebt, betaal je weinig of geen belasting over je bijverdiensten.

Aangifte doen voor extra inkomsten

Het bedrag dat je verdient met bijverdiensten moet je aangeven als ‘inkomsten uit overige werkzaamheden’ in je aangifte inkomstenbelasting. Je mag de kosten die je hebt gemaakt in verband met deze bijverdiensten, zoals reiskosten, aftrekken van dit bedrag.

Als je bijverdient en je doet hier geen aangifte van, dan moet je alsnog belasting betalen als de Belastingdienst hierachter komt. Daarnaast riskeer je een boete.

Bijverdienen en inschrijven bij de Kamer van Koophandel (KVK)

Als je zo nu en dan bijverdient, is het meestal niet nodig om je in te schrijven bij de Kamer van Koophandel (KVK). Maar het kan voorkomen dat je toch wel erg lekker begint bij te verdienen. Wie weet is een bedrijf starten en gebruik maken van de KOR regeling dan juist interessant. Bespaart je ook een hoop gedoe met de belastingdienst.

Categorieën
news Uncategorized

‘Accijnsverlaging brandstof wordt waarschijnlijk teruggedraaid per 1 januari 2024’

Het stukje Accijnsverlaging als extra korting op de prijs van brandstof gaat waarschijnlijk weg op 1 januari 2024. Maar de precieze prijzen kunnen nog veranderen door beslissingen die in augustus worden genomen en de bespreking van het Belastingplan 2024 in de Tweede Kamer. Dat heeft staatssecretaris Van Rij gezegd als antwoord op vragen van Kamerleden over de brandstofprijzen vanaf volgend jaar.

Ook gaat de belasting op brandstof aan het begin van elk jaar omhoog volgens een vaste regel. Dit jaar wordt dat verhoogd met 9,9%. In Europa zijn er bepaalde afspraken over de laagste belasting op brandstof. Landen mogen zelf kiezen om meer belasting te vragen. De brandstofprijs in buurlanden bepaalt niet onze prijzen. De regering kijkt naar veel dingen als ze de brandstofprijs vaststellen, zoals geld dat ze nodig hebben, het effect op het milieu en of het mensen aan de grens beïnvloedt.

Reiskostenvergoeding zonder belasting

De vergoeding voor reiskosten zonder belasting geldt voor alle kilometers die je voor je werk rijdt, ook als je bijvoorbeeld met de fiets, te voet of met het openbaar vervoer gaat. Maar het is wel slim om te kijken naar wat een gemiddelde auto kost per kilometer. Dat hangt af van het soort auto en hoeveel die verbruikt.

Op 1 juli 2023 heeft Van Rij met de Kamer gedeeld wat de kosten zijn van een gemiddelde auto (klasse A tot en met C) in 2022, tussen de € 0,143 en € 0,189 per kilometer. Dat is lager dan de vergoeding van € 0,22 per kilometer die vanaf 2024 geldt. Tijdens de bespreking van het Belastingplan 2023 is gezegd dat ze gaan kijken of de vergoeding in 2024 naar € 0,23 per kilometer kan. Dat kost wel geld, dus ze moeten bedenken hoe ze dat gaan betalen. Daar wordt later in augustus over beslist.

Bron: Kamerbrief en beantwoording vragen van het lid Omtzigt over de brandstofaccijnstarieven per 1 januari 2024 geschoond, nr. 2023-0000188039, Ministerie van Financien, 23 augustus 2023

Categorieën
news Uncategorized

Zzp’en over de Grens: Handelsregister en Buitenlandse Werkzaamheden

Als zzp’er denk je eraan om in het buitenland te gaan werken. Je wilt Zzp’en over de grens. Maar wat gebeurt er met je bedrijf? Blijft het in Nederland of verhuis je het mee? Hier zijn vijf scenario’s om te beslissen waar je je bedrijf moet registreren als je in of vanuit het buitenland gaat werken.

Zorg voor de juiste registratie

Het is jouw verantwoordelijkheid om je bedrijf correct te registreren in het Handelsregister. Als je in het buitenland gaat werken, moet je controleren of je registratie moet worden aangepast en dit op tijd doen om problemen te voorkomen met instanties zoals de Belastingdienst of wetgeving in het land waar je gaat werken.

Melden bij KVK

Elke week verhuizen veel ondernemers naar het buitenland. Dit kan een tijdelijke verhuizing zijn of zelfs een volledige emigratie. In beide gevallen is het belangrijk dat je bedrijfsregistratie bij het Handelsregister up-to-date blijft.

Wanneer je naar het buitenland verhuist, krijgt de Kamer van Koophandel (KVK) een melding van de gemeente. De KVK zal dan contact met je opnemen om te weten of je bedrijf in Nederland blijft opereren. Het is echter jouw verantwoordelijkheid om te zorgen dat je gegevens correct zijn geregistreerd. Onjuiste of verouderde informatie kan problemen veroorzaken voor je bedrijf, klanten en leveranciers.

Geen activiteiten meer in Nederland

Als je geen activiteiten meer in Nederland hebt, moet je dit aan KVK doorgeven en je uitschrijven uit het Handelsregister. Dit geldt zelfs als je nog steeds Nederlandse klanten hebt. Met een buitenlands bedrijf kun je nog steeds Nederlandse klanten hebben, zonder dat je bij KVK staat geregistreerd.

Voorkom extra kosten

Als je jezelf niet uitschrijft, zal KVK je bedrijf automatisch uitschrijven als er bewijs is dat je geen bedrijf meer in Nederland hebt. Door zelf op tijd uit te schrijven, voorkom je dat je onnodig kosten maakt voor bijvoorbeeld belastingaangiftes, lidmaatschappen en verzekeringen in Nederland.

Werkzaamheden in Nederland

Als je na je verhuizing naar het buitenland af en toe nog in Nederland werkt, bijvoorbeeld voor klussen, blijft je bedrijf geregistreerd in het KVK Handelsregister. Je hebt dan wel een Nederlands bedrijfsadres nodig. Als dat niet mogelijk is, kun je soms toestemming krijgen van bijvoorbeeld een opdrachtgever of boekhouder om hun adres te gebruiken. Je moet daarvoor je buitenlandse privéadres aanmelden bij een van de negentien RNI-loketten (Registratie Niet-Ingezetenen).

Vijf Praktijkvoorbeelden

Hier zijn vijf uitgebreidere voorbeelden van zzp’ers die contact opnamen met KVK over hun verhuizing naar het buitenland:

IT-Consultant

Een IT-consultant verhuist naar Duitsland en blijft op afstand werken voor Nederlandse klanten. Hoewel hij geen fysieke aanwezigheid meer heeft in Nederland, behoudt hij zijn registratie in het KVK Handelsregister. Hij heeft wel een Nederlands bezoekadres nodig om zijn registratie te behouden, bijvoorbeeld van een zakelijke partner in Nederland.

Fotograaf

Een freelance fotograaf emigreert naar Australië en fotografeert voornamelijk evenementen daar. Aangezien al haar werkzaamheden in het buitenland plaatsvinden, moet ze haar bedrijf uitschrijven bij KVK. Ze kan echter nog steeds klanten in Nederland bedienen vanuit Australië en facturen sturen vanuit haar Australische registratie.

Vertaler

Een zelfstandige vertaler verhuist naar Canada en blijft vertaalwerk leveren aan Nederlandse klanten. Omdat al haar werkzaamheden vanuit het buitenland worden uitgevoerd, moet ze zich uitschrijven bij KVK. Ze kan haar activiteiten voortzetten vanuit Canada en Nederlandse klanten blijven bedienen.

Designer

Een grafisch ontwerper verhuist naar Zwitserland en werkt op afstand aan projecten voor Nederlandse opdrachtgevers. Omdat haar werkzaamheden nu buiten Nederland plaatsvinden, moet ze haar registratie bij KVK beëindigen. Ze kan haar diensten aanbieden vanuit Zwitserland en facturen sturen aan Nederlandse klanten vanuit haar Zwitserse bedrijfsregistratie.

E-commerce Ondernemer

De eigenaar van een online winkel in Nederland verhuist naar Italië. Hoewel zijn webwinkel voornamelijk aan Nederlandse klanten verkoopt, moet hij zijn bedrijf uitschrijven bij KVK, aangezien zijn activiteiten niet meer in Nederland plaatsvinden. Hij kan echter ervoor kiezen om zijn webwinkel btw-plichtig te houden in Nederland, afhankelijk van de omzetdrempels.

Algemene Ouderdomswet (AOW)

Ga je volledig in het buitenland werken of ondernemen? Dan vervalt de verplichte verzekering voor de Algemene Ouderdomswet (AOW). Dat betekent ook dat je dus niet meer meebetaald aan deze verzekering. Ieder jaar dat je in het buitenland werkt zorgt dus ook voor minder AOW. Ben je niet van plan om je hele leven in het buitenland te blijven, dan kan het verstandig zijn om jezelf bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) vrijwillig te verzekeren.

Vraag Om Advies

Beschouw je verhuisplannen met je boekhouder en vraag om advies bij de Belastingdienst of ons CijferAdvies-team. Zorg ervoor dat je je gegevens op tijd bij KVK update, zodat je zonder zorgen naar het buitenland kunt gaan.

Categorieën
news Uncategorized

Verwachting van verplichte AOV in 2024

De regering heeft in samenwerking met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten, waarin een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor ondernemers is opgenomen.

Het wetsvoorstel met betrekking tot het pensioenakkoord zal naar verwachting in het voorjaar van 2024 gereed zijn, volgens de regering. Als het voorstel wordt goedgekeurd door de Tweede en Eerste Kamer, zal de wet worden ingevoerd. Belangrijkste kenmerken van de verplichte AOV

De exacte inhoud van de verplichte AOV is nog niet bekend. Het Ministerie van Sociale Zaken werkt momenteel aan de uitwerking van de wet op basis van een adviesrapport van de Stichting van de Arbeid.

Naar verwachting zullen de volgende hoofdlijnen van toepassing zijn:

  • Ondernemers die inkomstenbelasting betalen over de winst uit hun onderneming, zijn verplicht een AOV af te sluiten. Deze verplichting geldt ook voor meewerkende echtgenoten.
  • De jaarlijkse premie bedraagt tussen de 7,5 en 8 procent van het laatst verdiende inkomen. Als het laatstverdiende inkomen hoger is dan 143% van het wettelijk minimumloon, hoeft er geen premie betaald te worden over het meerdere bedrag.
  • De uitkering bij arbeidsongeschiktheid bedraagt 70 procent van het laatst verdiende inkomen (winst uit onderneming). De maximale uitkering is gelijk aan 100 procent van het wettelijk minimumloon.
  • In geval van arbeidsongeschiktheid dient de ondernemer het eerste jaar zelf financieel te overbruggen. Na dit jaar ontvangt de ondernemer de uitkering.
  • De premie is fiscaal aftrekbaar.

Voorbereid zijn op inkomensverlies

De specifieke regels en de datum van invoering van de verplichte AOV zijn nog niet bekend. Ondertussen kan er altijd iets gebeuren waardoor je niet in staat bent om te werken. Het is daarom belangrijk om na te denken over hoe je je financiën regelt in geval van arbeidsongeschiktheid.

AOV voor ondernemers

Met een AOV verzekeren ondernemers zich tegen inkomensverlies als gevolg van ziekte of arbeidsongeschiktheid. Op dit moment is een AOV niet verplicht. Veel zelfstandige ondernemers hebben dan ook geen AOV en hanteren andere oplossingen om het financiële risico bij arbeidsongeschiktheid te beperken.

Bescherming voor alle werkenden

Een verplichte AOV voor ondernemers zal uiteindelijk alle werkenden in Nederland beschermen tegen de gevolgen van arbeidsongeschiktheid. Dit zal resulteren in minder risico’s en kosten voor de samenleving als geheel.

Categorieën
news Uncategorized

Het beëindigen van een rechtspersoon via turboliquidatie

Turboliquidatie is de snelste manier om een rechtspersoon, zoals een besloten vennootschap, te beëindigen. Aan het einde van dit jaar zal de nieuwe Tijdelijke wet transparantie turboliquidatie in werking treden, waardoor schuldeisers de procedure gemakkelijker kunnen controleren.

Wat houdt turboliquidatie in?

Turboliquidatie is een methode om een rechtspersoon te beëindigen. Dit geldt onder andere voor besloten vennootschappen (bv’s), naamloze vennootschappen (nv’s), coöperaties en verenigingen. Turboliquidatie kan echter niet worden toegepast bij eenmanszaken of vennootschappen onder firma (vof’s). Vorig jaar werden ongeveer 50.000 rechtspersonen beëindigd, waarvan meer dan 90% via turboliquidatie.

Onmiddellijke beëindiging zonder activa

Voor turboliquidatie geldt een belangrijke voorwaarde: er mogen geen activa meer aanwezig zijn op het moment van ontbinding. Dit is meestal het moment waarop het ontbindingsbesluit wordt genomen. Als er geen activa zijn op het moment van ontbinding, wordt de rechtspersoon direct beëindigd. Vanwege de snelle afwikkeling wordt dit proces turboliquidatie genoemd. Het bestuur meldt de ontbinding aan bij de Kamer van Koophandel (KVK).

Als er wel activa aanwezig zijn op het moment van ontbinding, is turboliquidatie niet mogelijk en wordt de rechtspersoon niet direct beëindigd. In dat geval moet je de wettelijk voorgeschreven vereffeningsprocedure volgen, waarvan de stappen in de wet zijn vastgelegd. Als er meer schulden dan activa zijn, kunnen schuldeisers of de ondernemer een faillissement aanvragen.

Wat worden als activa beschouwd?

Onder activa vallen in ieder geval de aanwezige bezittingen binnen een onderneming, zoals:

  • Saldo op bankrekeningen
  • Inventaris en voorraden
  • Onroerend goed
  • Aandelen in andere bedrijven

Daarnaast worden ook vorderingen als activa beschouwd. Dit geldt voor vorderingen waarvan je zeker weet dat je ze nog zult ontvangen, evenals vorderingen die je zou kunnen innen. Voorbeelden van vorderingen zijn onder andere:

  • Uitstaande betalingen van debiteuren
  • Teruggave van waarborgsommen na verhuurperiodes
  • Vergoedingen die voortvloeien uit het beëindigen van een overeenkomst

Het begrip “activa” omvat meer dan je misschien denkt. Wees daarom voorzichtig bij het bepalen of er nog activa aanwezig zijn. Raadpleeg een (bedrijfs)jurist en een accountant voordat je een ontbindingsbesluit neemt.

Zorg voor vereffening activa vóór het moment van ontbinding

Turboliquidatie kan alleen worden toegepast als er geen activa meer aanwezig zijn op het moment van ontbinding. Dit is vaak het geval bij “lege” rechtspersonen zonder vermogen, zoals holdings die al geruime tijd niet actief zijn.

Turboliquidatie kan echter ook worden toegepast bij actieve rechtspersonen die nog activa hebben. In dat geval moet je de aanwezige activa vóór de ontbinding “vereffenen”. Je verkoopt alle bezittingen en betaalt zoveel mogelijk schuldeisers af. Hierbij houd je rekening met de belangen en rangorde van schuldeisers. Na de vereffening wordt het ontbindingsbesluit genomen.

Niet alle schulden afbetaald?

Heb je niet al je schulden afbetaald? Dat kan voorkomen, maar zelfs dan is turboliquidatie ook mogelijk. Als er (te)veel schulden zijn, kan het overwegen van het niet toepassen van turboliquidatie en het aanvragen van een faillissement een verstandige keuze zijn. Bij een faillissement schakel je een curator in, die veel ervaring heeft met het op de juiste manier afwikkelen van schulden.

Zijn er lopende (arbeids)overeenkomsten?

Als er nog lopende overeenkomsten zijn, zoals huurovereenkomsten of arbeidsovereenkomsten die niet zomaar kunnen worden beëindigd, is turboliquidatie ook geen goede keuze. Als je dit wel doet, loop je het risico dat je als bestuurder persoonlijk aansprakelijk wordt gesteld.

Nieuwe regels turboliquidatie

Turboliquidatie kan nadelig zijn voor schuldeisers, omdat ze plotseling te horen krijgen dat een onderneming niet meer bestaat. Bovendien hebben schuldeisers bij turboliquidatie geen inzicht in wat er met de activa is gebeurd. Ze kunnen niet controleren of alle activa op de juiste manier zijn vereffend en of een bestuurder sommige activa (bewust of onbewust) niet heeft gemeld.

Op 15 november 2023 treedt daarom de “Tijdelijke wet transparantie turboliquidatie” in werking, die turboliquidatie transparanter moet maken voor schuldeisers en misbruik van turboliquidatie moet voorkomen.

De nieuwe regels zorgen ervoor dat het bestuur van de rechtspersoon financieel verantwoordelijk is bij turboliquidatie. Binnen veertien dagen na het ontbindingsbesluit moet het bestuur verschillende (financiële) documenten indienen bij de KVK. Zodra alles is ingediend, informeert het bestuur schuldeisers schriftelijk over de turboliquidatie, waarbij schuldeisers de documenten kunnen raadplegen bij de KVK. Dit stelt hen in staat om een betere beoordeling te maken of ze het eens zijn met de turboliquidatie. De nieuwe wet is tijdelijk en geldt ten minste twee jaar nadat deze in werking is getreden. Er bestaat echter een mogelijkheid dat er daarna een permanente wetgeving komt.

Risico’s bij een turboliquidatie

Turboliquidatie lijkt een snel en eenvoudig proces, maar er kleven ook risico’s aan. Als later blijkt dat er toch activa zijn of dat turboliquidatie (bewust of onbewust) verkeerd is toegepast, kunnen schuldeisers de rechtbank vragen om de vereffening te heropenen. Ze kunnen ook een faillissement aanvragen voor de al beëindigde rechtspersoon.

In sommige gevallen kunnen schuldeisers de voormalige bestuurder persoonlijk aansprakelijk stellen via de rechtbank. Hiervoor moet worden aangetoond dat de bestuurder opzettelijk onrechtmatig heeft gehandeld, bijvoorbeeld door bepaalde schuldeisers voorrang te geven terwijl anderen eerst betaald hadden moeten worden, zonder rekening te houden met de rangorde van schuldeisers. Een andere situatie is wanneer een bestuurder opzettelijk activa verbergt en toch gebruikmaakt van turboliquidatie.

Het Openbaar Ministerie kan in bepaalde gevallen bij de rechtbank een bestuursverbod aanvragen, waardoor de bestuurder maximaal vijf jaar geen bestuurder mag zijn van enige andere onderneming. Daarnaast ben je strafbaar als je opzettelijk niet voldoet aan de nieuwe verantwoordingsplicht.

Ben je aan het twijfelen over het beëindigen van je onderneming? We kunnen bij CijferAdvies advies geven over de mogelijkheden. Onthoud dat een turboliquidatie niet je enige optie is. Er is meer mogelijk dan je denkt, zoals onze intensive care voor ondernemingen!

Categorieën
news Uncategorized

De impact van schuldsanering op je bedrijf: Wat je moet weten

Het kan iedere ondernemer overkomen. Je komt onverhoopt in een situatie, waarin schuldsanering je enige optie lijkt. Dit heeft echter gevolgen voor je bedrijf. In veel gevallen zul je moeten stoppen met je eenmanszaak of worden de aandelen van je besloten vennootschap verkocht.

Wanneer je te maken krijgt met betalingsachterstanden en oplopende schulden, dan kom je niet direct in aanmerking voor de Wettelijke schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp). In eerste instantie dien je een minnelijk traject te doorlopen, waarbij de gemeente helpt bij het treffen van betalingsregelingen voor deze problematische schulden.

Als dit niet succesvol blijkt te zijn, kan de rechter je toelaten tot de Wsnp. Er wordt dan een bewindvoerder aangesteld die verantwoordelijk is voor het beheer van je inkomen, het verstrekken van leefgeld en het maken van afspraken met schuldeisers over betalingsregelingen. Na een periode van 18 maanden in de Wsnp ben je vrij van schulden.

Dit vormt een belangrijk verschil met een persoonlijk faillissement, waarbij schuldeisers ook na afwikkeling van het faillissement nog steeds betaling kunnen eisen.

Wsnp en de invloed op je bedrijf

Als je te maken hebt met problematische schulden, zowel persoonlijk als binnen je bedrijf, kom je mogelijk in aanmerking voor de Wsnp. Dit geldt met name voor ondernemingen met een rechtsvorm waarbij je persoonlijk aansprakelijk bent, zoals een eenmanszaak, vennootschap onder firma (vof), maatschap of commanditaire vennootschap (cv). Wanneer je wordt toegelaten tot de schuldsanering, zul je doorgaans moeten stoppen met je bedrijf.

Als aandeelhouder van een besloten vennootschap (bv) of bestuurder van een vereniging, coöperatie of stichting, ben je doorgaans niet persoonlijk verantwoordelijk voor de schulden van deze organisaties. Hierdoor kun je geen gebruik maken van de schuldsanering voor deze schulden. Echter, als je te maken hebt met problematische privéschulden, kom je wel in aanmerking voor de Wsnp. Dit kan echter gevolgen hebben voor je positie als bestuurder en zelfs resulteren in het verlies van je bv.

Wsnp en eenmanszaak

Wanneer je als gevolg van privéschulden of schulden binnen je eenmanszaak in de Wsnp terechtkomt, zal de rechter meestal besluiten dat je je bedrijf moet beëindigen. In het geval dat je wel door mag gaan met je eenmanszaak, dien je je inkomen uit het bedrijf te gebruiken om schulden af te lossen.

Als de rechter beslist dat je eenmanszaak moet worden stopgezet, dien je op alternatieve wijze zoveel mogelijk schulden af te betalen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren met behulp van inkomsten uit een baan.

Wsnp en maat of vennoot

Wanneer je wordt toegelaten tot de schuldsanering, dien je doorgaans te stoppen als maat of vennoot. Dit betekent automatisch het einde van de vof, cv of maatschap, tenzij er bij de oprichting andere afspraken zijn gemaakt. Als er slechts één maat of vennoot overblijft, zal het samenwerkingsverband altijd eindigen. In sommige gevallen kan de rechter echter toestaan dat je maat of vennoot blijft. Hierdoor blijft ook het samenwerkingsverband bestaan. De bewindvoerder moet vervolgens toestemming geven voor elke beslissing die je als maat of vennoot neemt, bijvoorbeeld wanneer de maatschap, vof of cv een nieuwe opdracht aangaat.

Je kunt toegang tot de schuldsanering aanvragen vanwege problematische privéschulden. Echter, voor schulden binnen de maatschap, vof of cv kun je ook een beroep doen op de Wsnp. Je bent namelijk persoonlijk aansprakelijk bent voor deze schulden. Elke maat of vennoot kan individueel een verzoek tot toelating tot de Wsnp indienen.

Wsnp en bv

Een bv heeft een eigen rechtspersoonlijkheid, maar het is toch mogelijk dat je je bedrijf verliest wanneer je in de Wsnp terechtkomt vanwege persoonlijke schulden. Dit komt doordat de bewindvoerder aandelen van je bv, die in privébezit zijn, mag verkopen. Als je ook bestuurder bent van het bedrijf, bepalen de nieuwe eigenaren of je kunt aanblijven. De opbrengst van de verkoop wordt gebruikt om de schulden af te lossen.

Doordat een bv een eigen rechtspersoonlijkheid heeft, ben je niet persoonlijk aansprakelijk voor de schulden van het bedrijf. Dit geldt voor aandeelhouders en meestal ook voor bestuurders. Echter, als bestuurders niet adequaat omgaan met hun verantwoordelijkheden, kunnen zij wel persoonlijk aansprakelijk worden gesteld. De bv is niet verantwoordelijk voor privéschulden.

Wsnp en bestuurder

Wanneer je in de Wsnp zit, mag je doorgaans bestuurder blijven van een vereniging, coöperatie of stichting, tenzij de statuten aangeven dat een bestuurder niet in de schuldsanering mag verkeren. Statuten vormen de regels van een vereniging, coöperatie of stichting.

Deze rechtsvormen zijn niet verantwoordelijk voor je privéschulden. Mocht de vereniging, coöperatie of stichting te maken krijgen met problematische schulden of failliet gaan, dan heeft dit geen persoonlijke gevolgen voor jou. Echter, als je niet adequaat omgaat met je verantwoordelijkheden als bestuurder, kan je wel persoonlijk aansprakelijk worden gesteld.