Categorieën
news Uncategorized

5 belastingaangifte tips waar CijferAdvies bij helpt

Of je nu een eenmanszaak, vennootschap onder firma (vof), maatschap of commanditaire vennootschap hebt… je krijgt te maken met inkomstenbelasting. En waar je de inkomstenbelasting ook laat doen, tussen 1 maart en 1 mei moet het gedaan zijn. Mocht er uitstel nodig zijn dan wordt dit vóór 1 mei geregeld. Dan heb je tot 1 september de tijd, wat soms wel zo handig kan zijn.

Een groot deel van de aangifte wordt door de Belastingdienst ingevuld. Maar als ondernemer hoor je het zakelijke gedeelte zelf in te vullen. Hier komen verschillende aftrekposten en regelingen aan bod, zodat je uiteindelijk minder inkomstenbelasting betaalt.

2022 behoort tot de coronajaren

We willen toch nog even vermelden dat je belastingaangifte van 2022 nog onder de coronaregels valt. Dit betekent dat er extra aandachtspunten zijn vanwege de vele maatregelen die de overheid heeft ingevoerd. Controleer dus op tijd of je aangifte die regelingen toepast. Corona zorgde bijvoorbeeld voor omzetdaling of verlies.

  • Heb je ondersteuning ontvangen uit de NOW? Die ondersteuning is belast. Dat kan invloed hebben op het bedrag dat je af moet staan aan de Belastingdienst. Over andere regelingen zoals de TVL wordt geen belasting berekent. Toch moeten deze wel vermeld worden als vrijgestelde winstbestanddelen.
  • De deadline voor belastingaangifte is 1 mei. Als je voor 1 april aangifte doet hoor je al voor 1 juli wat je kwijt bent of verdient. Negatief inkomen in 2022 wordt verrekent met inkomen van de drie voorgaande jaren. Hierdoor kun je mogelijk geld terugkrijgen. Dat begint bij drie jaar (2019) en bij meer verlies dan winst in dat jaar wordt het 2020 en/of 2021.
  • Het is mogelijk om via middeling geld te besparen. Heb je in 2022 minder verdiend dan de voorgaande jaren? Dan kun je het gemiddelde inkomen over die drie jaren berekenen. Is de belasting voor dat gemiddelde inkomen lager dan in de afzonderlijke jaren en het verschil groter dan 545 euro? Mooi, dan kun je belasting terugkrijgen.
  • Het kan zijn dat je vanwege corona het betalen van je hypotheekrente hebt uitgesteld. Hierdoor valt het aftrekbare rentebedrag misschien lager uit. Dat bedrag hangt wel af van je hypotheekverstrekker. Maar niet betaalde rente kun je ook niet aftrekken.
1. Ondernemersaftrek en MKB-winstvrijstelling

Wil je gebruik maken van de beschikbare ondernemersaftrek en MKB-winstvrijstelling? Dan is het verstandig om van te voren de Ondernemerscheck te doen. Met deze check krijg je te zien hoe je belastingaangifte moet doen. Moet je aangifte doen als ondernemer? Moet je het winstgedeelte invullen? En heb je misschien recht op ondernemersaftrek en andere aftrekposten?

Ondernemersaftrek wordt van je winst afgehaald. Dit onderdeel kan uit verschillende onderdelen bestaan. Je komt in aanmerking als uit de check blijkt dat je ondernemer bent. Een van de belangrijkste criteria is het aantal uren dat je aan je bedrijf besteed. Je moet minimaal 1.225 uur aan je onderneming besteden. Vervolgens zijn er verschillende aftrekregeling zoals:

  • De zelfstandigenaftrek is een jaarlijkse aftrek van een vast bedrag. De Startersaftrek is een extra aftrek in drie van de eerste vijf jaar van de onderneming.
  • WBSO staat voor Wet bevordering Speur en Ontwikkelingswerk en is een aftrek voor onderzoekswerk bij innovatie.
  • De stakingsaftrek is een aftrek van een vast bedrag als je met je bedrijf stopt.

Door de MKB-winstvrijstelling mag je nog 14% aftrekken van de winst af na ondernemersaftrek. Voor de MKB-winstvrijstelling geldt het urencriterium niet. Je moet wel ondernemer zijn volgens de criteria van de inkomstenbelasting.

2. Investeringsaftrek en afschrijven

Bij investeringen in bedrijfsmiddelen kun je via de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek een bedrag van de winst aftrekken. De regeling geldt als je in een boekjaar minimaal 2.600 euro investeert en per bedrijfsmiddel minimaal 450 euro. Daarnaast kun je bedrijfsmiddelen afschrijven. Je verdeelt de kosten van bedrijfsmiddelen over het aantal jaren dat je ze gebruikt. Voor starters geldt een speciale regeling. Onder voorwaarden bepaal je zelf het tempo en bedrag van afschrijven.

3. Zakelijk vermogen

Het saldo van je zakelijke bankrekening hoort op de balans van je onderneming. Het gaat dan om geld dat nodig is als werkkapitaal of voor een investering. Het telt niet mee voor je vermogen in box 3. Daar is privévermogen boven 50.650 euro per persoon belast in 2022. In 2023 is dit 57.000 euro. Blijvend overtollige liquide middelen moet je wel van zakelijk naar privé halen.

4. Kostenaftrek voor gemengde kosten

Maak je kosten voor relatiegeschenken, studiereizen en congressen? Of voor zakenlunches of een consumptie? Dan is alleen het bedrag boven de drempel van 5.100 euro aftrekbaar. Je mag er ook voor kiezen om 80% (in de vennootschapsbelasting 73,5%) van de door jou gemaakte gemengde kosten af te trekken. Je hebt dan niets met de drempel te maken. Lees meer over de aftrek van kosten.

5. Toeslagen

Een toeslag is een tegemoetkoming in de kosten die je in jouw situatie hebt. Er zijn toeslagen voor de huurkosten van je woning, zorgtoeslag, kindgebondenbudget en kinderopvangtoeslag. Je inkomen bepaalt de hoogte van de toeslag. Voor de eerste drie toeslagen telt je vermogen ook mee. Als je gebruik kunt maken van de ondernemersaftrek is je toetsingsinkomen lager. Je komt dan eerder in aanmerking voor een toeslag. Meer informatie en een proefberekening vind je op toeslagen.nl.

Bron: Kamer van Koophandel (KvK)

Categorieën
news Uncategorized

Als zzp’er in loondienst, waar let je op?

De inkomsten uit je eigen bedrijf lopen terug en je wil snel iets bijverdienen. Een baan naast je werk als zzp’er biedt uitkomst. Waar let je op?

Als zzp’er ben je wendbaar en flexibel: je past je makkelijk aan als dat nodig is. Bijvoorbeeld met een (parttime) baan in loondienst als je extra inkomsten nodig hebt. Dan combineer je het werk als zzp’er met een baan in loondienst. De extra inkomsten uit loondienst geven je meer lucht, zodat je kunt blijven ondernemen. Zoek een baan bij een werkgever die niet je opdrachtgever is. Lees hier waar je op moet letten en kies wat voor jou het meest gunstig is.

Loonheffing en loonheffingskorting

Bij je nieuwe werkgever ontvang je salaris en krijg je daarom te maken met loonheffingen en loonheffingskortingen. Voordat je aan de slag gaat bij je werkgever, vul je het formulier Model Opgaaf gegevens voor de loonheffingen in. Als je daarvoor kiest, houdt je werkgever automatisch loonheffing in op je bijverdiensten uit loondienst. Loonheffing bestaat uit loonbelasting en premie volksverzekeringen en is een voorheffing.

Bij loonheffingskorting heb je twee keuzes: je werkgever past de loonheffingskorting toe op je salaris, of niet. Kies je voor de weg via je werkgever? Dan wordt minder loonbelasting en premie volksverzekeringen ingehouden. Je houdt zo meer loon over. Het gaat om algemene heffingskorting en arbeidskorting. Laat je de heffingskorting niet via je werkgever lopen? Dan wordt dit bij je aangifte inkomstenbelasting recht getrokken. Je krijgt dus altijd de heffingskortingen waar je recht op hebt.

Loonheffingskorting krijg je maar bij één werkgever tegelijk. Heb je naast je eenmanszaak meerdere banen tegelijk? Vraag de loonheffingskorting dan maar bij één werkgever aan.

Salaris op je privérekening

Je inkomsten uit je bedrijf staan los van je privé-inkomsten. Laat daarom je salaris op je privérekening storten en niet op je zakelijke rekening of de privérekening die je gebruikt voor je bedrijf. Zo scheid je eenvoudig de verschillende geldstromen.

Hogere belastingschijf inkomstenbelasting

Komt je totale inkomen uit je bedrijf plus je inkomen uit loondienst boven de 73.031 euro? Dan kom je in de hogere inkomstenbelastingschijf van 49,50%. Voor inkomen tot 73.031 euro is het inkomstenbelastingtarief 36,93% (tarieven 2023, niet-pensioengerechtigden).

Urencriterium inkomstenbelasting

Als je in loondienst gaat werken, heb je waarschijnlijk minder tijd om in je eigen bedrijf te steken. Dit kan gevolgen hebben voor de ondernemersaftrek. Bepaal daarom of je nog steeds recht hebt op ondernemersaftrek. En zo ja, hoeveel uur je in loondienst kunt werken, zonder dat je het recht op ondernemersaftrek verliest. 

Je hebt recht op ondernemersaftrek als je inkomsten uit je bedrijf vallen onder ‘winst uit onderneming’. Ondernemersaftrek bestaat uit zelfstandigenaftrek en eventueel startersaftrek. En je moet minimaal 1.225 uur per kalenderjaar werken in je eigen bedrijf. De Belastingdienst legt uit wat valt onder werken in je eigen bedrijf. Werk je langer dan vijf jaar als zzp’er? Dan moet je per kalenderjaar meer tijd besteden aan je bedrijf dan aan je werk in loondienst.

Kleineondernemersregeling en omzetbelasting

Naast inkomstenbelasting, heb je als ondernemer te maken met omzetbelasting (btw). Blijft je omzet onder 20.000 euro per jaar? Dan kun je kiezen voor de kleineondernemersregeling (KOR). Met de KOR ben je voor drie jaar vrijgesteld van btw. Zo lang je omzet onder 20.000 euro per jaar blijft, wordt de KOR drie jaar achtereen toegepast. Dit kan gunstig zijn als je bijvoorbeeld diensten levert aan particulieren die geen btw kunnen verrekenen. Bij dezelfde verkoopprijs wordt je winstmarge groter. Je kunt ook kiezen om je tarief gedeeltelijk naar beneden bij te stellen, zodat jij en je klant profiteren. 

Heb je veel zakelijke klanten? Van de KOR mag je geen btw op inkopen en zakelijke kosten terugvragen. Je inkoopprijs wordt hoger, want je telt de btw mee. Als je dezelfde winstmarge wilt houden, moet je jouw verkoopprijs-zonder-btw verhogen. Dan wordt je product dus duurder en minder interessant voor je klant. 

Komt je omzet weer boven 20.000 euro? Dan stopt de KOR direct en moet je btw in rekening brengen en afdragen. Lees meer over de voorwaarden op de website van de Belastingdienst.

Afspraken met je werkgever

Maak afspraken met je werkgever over je inzetbaarheid. Daarmee voorkom je vervelende situaties. Werk je vaste dagen per week of kun je jouw werktijden zelf invullen? En mag je bijvoorbeeld een beperkt aantal zakelijke telefoontjes aannemen? Liggen de werkzaamheden voor je nieuwe werkgever in het verlengde van de werkzaamheden voor je eigen bedrijf? Maak dan afspraken met je werkgever over opdrachten die je wel of niet aanneemt voor je eigen onderneming. Neem mee in de onderhandeling of er een concurrentiebeding of een relatiebeding in je arbeidscontract komt. Zo’n beding kan je beperken in je werk als zelfstandige. Het kan ook duidelijkheid verschaffen, zodat je weet waar je aan toe bent.

Hulp bij heroriëntatie

Weet je niet goed welke baan je wilt zoeken? Dan kun je begeleiding krijgen van een regionaal mobiliteitsteam (RMT) bij heroriëntatie op een baan in loondienst. De hulp kan bestaan uit onder andere loopbaanadvies, scholing en praktijkleren. Er zijn 35 RMT’s verspreid over heel Nederland.

Zzp naast loondienst

Is je situatie precies andersom: je bent nu in loondienst en je wilt daarnaast werken als zzp’er? Dat kan ook. Bespreek wel eerst met je werkgever of hij extra werkzaamheden als zzp’er bij een andere opdrachtgever toestaat. Check of je een concurrentiebeding of relatiebeding hebt getekend en wat daar precies in staat. Pas je werkzaamheden als zzp’er hierop aan. Door je extra inkomsten kun je in een hoger tarief van de inkomstenbelasting terechtkomen. Ontdek wat parttime ondernemen inhoudt.

Bron: Kamer van Koophandel (KvK)

Categorieën
news Uncategorized

Rittenregistratie moet echt begin- en eindadres bevatten

Om onder de bijtelling voor de auto van de zaak uit te komen moet een rittenregistratie wel de begin- en eindadressen van de vertrekpunten en bestemmingen bevatten. Zonder deze adressen voldoet de rittenregistratie niet aan de wettelijke eisen en moet er dus rekening worden gehouden met een bijtelling, zo bepaalde onlangs de rechter.

Als een werknemer op jaarbasis niet meer dan 500 kilometer privé rijdt met de auto van de zaak, mag de werkgever de fiscale bijtelling (infographic) voor privégebruik achterwege laten. Voorwaarde is dat de werknemer een sluitende rittenregistratie bijhoudt of op een andere manier geen of beperkt privégebruik kan aantonen. Over deze rittenregistratie ging het in onderstaande zaak.

Rittenregistratie voldeed niet aan wettelijke eisen

Het ging hier om een man met een auto van de zaak. De Belastingdienst had een ‘verklaring geen privégebruik auto’ afgegeven, en daarom liet de werkgever de bijtelling achterwege (verdiepingsartikel). Daarom vroeg de inspecteur de man om een rittenregistratie. Vervolgens voldeed de gepresenteerde rittenregistratie volgens de fiscus niet aan de wettelijke eisen (tool), omdat onder andere de adressen van de vertrekpunten en bestemmingen niet waren opgenomen. Ook waren afwijkingen van de gebruikelijke route niet opgenomen en weken de kilometerstanden af van de garagebonnen. De Belastingdienst legde daarom een naheffingsaanslag met boete op.

Verdiepen in voorwaarden belastingvoordeel

De werknemer gaf in de zaak aan dat hij niet wist dat hij zo nauwkeurig moest zijn met het registreren van de ritten. Maar de rechter vond dat iemand die van een belastingvoordeel wil genieten zich dan ook moet verdiepen in de voorwaarden en administratieve verplichtingen waaraan voldoen moet worden om voor het voordeel in aanmerking te komen. Dat de man dit niet had gedaan was aan hem toe te rekenen. De naheffingsaanslag loonheffingen en de opgelegde boete van € 531 bleven dus in stand.

Rechtbank Den Haag, 20 oktober 2022 (gepubliceerd 5 januari 2023), ECLI (verkort): 11324

Bron: BV Rendement

Categorieën
news Uncategorized

OKR’s: behaal je doelen met Objectives en Key Results

Grote organisaties als Google, Netflix en Samsung werken al jaren met de OKR-methode. Daar noemen ze het een succesvolle methode voor groei of innovatie. Maar met deze doelgerichte en flexibele manier van werken kun je ook als mkb-er je bedrijf op koers houden. Benieuwd wat OKR precies is? En hoe je ermee begint? Hier vind je alles wat je moet weten.

Met OKR’s werk je gestructureerd naar je doelen toe. Daarnaast speel je flexibel in op veranderingen binnen je bedrijf en ontwikkelingen van buitenaf. Zo haal je het maximale uit je onderneming.

Wat is de OKR-methode?

OKR staat voor Objectives & Key Results. Het is een manier van werken binnen je organisatie. Hierbij bepaal je eerst doelstellingen (objectives). Vervolgens koppel je deze doelstellingen aan meetbare resultaten (key results).

In de OKR-methode staan 2 vragen centraal:

  • Wat wil ik bereiken?
  • Hoe ga ik dit bereiken?

Deze vragen gaan over de doelen die belangrijk zijn voor je organisatie. Dit kunnen financiële doelen zijn, maar ze kunnen ook gaan over bijvoorbeeld werksfeer, klantwaardering of snelheid van werken. Je stelt de vragen op bedrijfsniveau, teamniveau en persoonlijk niveau. Door dit op alle 3 niveaus te doen, zorg je dat alle medewerkers naar hetzelfde realistische doel toewerken.

Evalueren is belangrijk bij de OKR-methode. In evaluaties beoordeel je steeds de voortgang, vier je successen en geef je feedback. Hiermee scherp je de doelstellingen aan en kan je bijsturen als dat nodig is. Centraal staat duidelijke communicatie, zodat iedereen weet waar de organisatie naartoe werkt.

Voordelen van de OKR-methode

Hogere betrokkenheid en interne samenwerking

Met de OKR-methode kies je ervoor om resultaten de drijfveer van ieders werk te maken. Als alle activiteiten bijdragen aan het behalen van deze resultaten, werk je naar een gezamenlijk doel. Dit stimuleert betrokkenheid en interne samenwerking van je werknemers. Betrokken werknemers leveren meer op en frauderen minder.

Meer focus en duidelijkheid

Je creëert duidelijkheid door je doelstellingen in kleine, meetbare resultaten op te breken. Alle werknemers weten waar de prioriteiten liggen. Iedereen is steeds op de hoogte van de vooruitgang. Zo maak je het eenvoudiger om je strategie op elk niveau uit te voeren.

Voorbeeld: een winkelier kiest een bepaalde omzetverhoging als doel. Dit wil hij bereiken door bij events extra producten te verkopen. Alle ideeën zijn daar op gericht. Zo biedt hij bijvoorbeeld oranje-artikelen voor Koningsdag en voetbalevenementen aan.

Sneller inspelen op verandering

Bij de OKR-methode kies je voor doelen per kwartaal. Dit maakt je strategie flexibel. Is er een grote verandering binnen je bedrijf, je sector of in de maatschappij? Dan pas je je strategie voor het volgende kwartaal makkelijk aan.

Voorbeeld: een kapper krijgt concurrentie van 2 nieuwe kapperszaken. Hij kiest als nieuw doel dat hij zijn bestaande klanten niet wil kwijtraken, maar juist aan zich wil binden. Daarom gaat hij met een stempelkaart werken. Klanten krijgen hun 10e knipbeurt bij hem gratis.

Hoe pak je het aan?

Om met de OKR-methode te beginnen, bepaal je op 3 niveaus Objectives, Key Results en Initiatives:

  • bedrijfsniveau
  • teamniveau
  • persoonlijk niveau
Objectives

Als eerste formuleer je 3 tot 5 objectives. Dit zijn de langetermijndoelstellingen van de organisatie, het team en de individuen. Je bepaalt de objectives per jaar, maar ook per kwartaal. Op deze manier houd je het hoofddoel in je achterhoofd, maar blijf je ook flexibel als omstandigheden veranderen. Goede objectives zijn concreet, geven richting en sturen naar duidelijke acties.

  • Goede objective: Aan het eind van het jaar wil ik minstens 5.000 betalende klanten hebben.
  • Slechte objective: Ik wil dit jaar zo veel mogelijk klanten hebben.
Key Results

Hierna geef je voor de organisatie, je team en individuen invulling aan de key results. Dit zijn de bouwstenen die leiden naar de objectives. Kies voor 2 tot 5 key results per objective. Goede key results zijn meetbaar, ambitieus en beïnvloedbaar.

  • Goed key result: In de eerste 3 maanden van het jaar vind ik 200 betalende klanten via marketing in lokale media.
  • Slecht key result: Met online marketing wil ik zo veel mogelijk mensen bereiken.
Initiatives

De volgende stap is concrete invulling aan de key results geven: de initiatives. Dit is het werk dat je moet doen om de key results te beïnvloeden. Initiatives zijn de taken die een werknemer uitvoert om de belangrijkste resultaten te bereiken.

  • Goed initiative: Elke maand maak ik een nieuwe kortingsactie. Hiermee adverteer ik in lokale weekbladen en verenigingsbladen.
  • Slecht initiative: Eens in de zoveel tijd maak ik een nieuwe kortingsactie.

Heb je moeite om je doelstellingen te bepalen? Gebruik dan de SMART-methode. 

Aan de slag

Overtuigd? Dan is het tijd om aan de slag te gaan. Met de OKR-methode onderneem je flexibel, terwijl je je strategische doelen behaalt. Goede communicatie hierbij is essentieel. Dit doe je door continu te evalueren en je doelen aan te scherpen of aan te passen. Door deze inspraak blijven al je werknemers betrokken. En zo haal je met OKR het beste uit je organisatie.

Ben je van plan om je businessplan aan te passen? Neem dan contact op met onze ondernemersadviseur Adriaan Koppens.

Bron: Kamer van Koophandel (KvK)

Categorieën
news Uncategorized

Zzp-organisaties: Kamerbrief leidt tot onduidelijkheid

Reactie van Netwerk Zelfstandig Ondernemers op nieuwe kabinetsplannen zzp-beleid.

‘De kamerbrief van het Kabinet over werken als en mét zelfstandigen kan voor onrust onder veel zelfstandigen gaan zorgen door allerlei onzekerheid die nu wordt gecreëerd. Pogingen tot handhaving en beter toezicht zijn eerder vastgelopen in het regelgevingsmoeras en als we niet opletten dreigt dat opnieuw te gebeuren.’ Dat zegt het Netwerk Zelfstandig Ondernemers van VZN, PZO en VNONCW en MKB-Nederland in een eerste reactie op de vrijdag verschenen brief.

Positief is volgens het netwerk Zelfstandig Ondernemers dat de brief voor het eerst ook uitgebreid stilstaat bij het maatschappelijk belang van het zelfstandig ondernemerschap voor ons land. Ook gaat de minister de komende periode nader onderzoeken hoe zelfstandigen een nog duidelijker stem en rol kunnen krijgen in het maatschappelijk overleg. ‘Dit juichen wij van harte toe en hieraan heeft het te lang ontbroken in het debat’, aldus Cristel van de Ven, voorzitter van VZN en van het Netwerk Zelfstandig Ondernemers.

Scheer niet iedereen over één kam

Tegelijk zijn de zelfstandig ondernemers op een aantal punten kritisch op de plannen. Veel maatregelen in de brief richten zich namelijk op alle zelfstandig ondernemers, waarvan de overgrote meerderheid geen schijnzelfstandige is. ‘Een gelijk speelveld bereik je niet door alle zelfstandigen op kosten te jagen en opdrachtgevers hierin niet te betrekken. Zo wordt de groei van het aantal zelfstandigen in sectoren als de zorg en kinderopvang vooral veroorzaakt door het gebrek aan ervaren autonomie, iets wat je oplost met goed werkgeverschap en niet zozeer met overheidswetgeving en zzp-ontmoedingsbeleid’, aldus Van de Ven.

Vaag begrip inbedding

Positief is dat de Belastingdienst verder vaker en meer gaat handhaven of sprake is van schijnzelfstandigheid. Om op 1 januari 2025 echter het handhavingsmoratorium te kunnen opheffen, zullen de criteria waarop de Belastingdienst kan handhaven veel duidelijker moeten zijn. Bijvoorbeeld een nieuwe vaag begrip rondom ‘inbedding’ toevoegen aan het Burgerlijk Wetboek gaat daarbij volgens de organisaties niet helpen. ‘Wij voorzien door de onduidelijkheid in de tussentijd wederom een grote onrust in de markt, net als bij de invoering van de Wet DBA in 2016’, aldus Van de Ven. ‘Elke zelfstandige die bijvoorbeeld een jaarklus komt doen, ingebed in de arbeidsorganisatie om die klus goed te kunnen doen, kan straks niet meer ondernemen als we niet opletten.’

Veel maatregelen waren al bekend

Veel maatregelen in de brief om te komen tot een gelijker speelveld tussen werkenden en zelfstandig ondernemers waren al bekend, zoals de versnelde afbouw van de zelfstandigenaftrek en de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen (AOV ZZP). De zelfstandig ondernemers vragen zich f waar de aandacht is gebleven voor fiscale instrumenten om zelfstandig ondernemers te ondersteunen om te investeren in de toekomst.

Bron: Zipconomy

Categorieën
news Uncategorized

EU-inwoners betalen vanaf 2027 voor CO2-uitstoot rijden en wonen

Inwoners van de Europese Unie gaan betalen voor de broeikasgassen die ze uitstoten. Dat betekent rekeningrijden, of dat er bij elke tankbeurt en als de verwarming wordt aangezet mee moet worden betaald vanwege de schadelijke stoffen die daardoor vrijkomen.

Mensen die hun huis goed isoleren, een warmtepomp aanschaffen of overstappen op een elektrische auto kunnen subsidie krijgen uit een speciaal fonds. Ook komt er geld voor mensen die minder te besteden hebben, ook als gevolg van de inflatie. In dat fonds is ruim € 86 miljard beschikbaar.

De nieuwe klimaatwetten, waarvoor de regeringen van de lidstaten en het voltallige parlement nog wel definitief goedkeuring moeten geven, heeft de EU nodig om de klimaatdoelen te halen. Voor 2030 moet de CO2-uitstoot met 55 procent omlaag, zodat de EU in 2050 helemaal klimaatneutraal kan zijn.

CO2-certificaten

De kern van de maatregelen is het strenger maken en uitbreiden van het succesvolle systeem van CO2-certificaten voor vervuilers. Energiebedrijven en de industrie moesten de afgelopen jaren al zulke vergunningen hebben om broeikasgassen te mogen uitstoten. Elk jaar geeft de EU minder van die rechten uit om de uitstoot omlaag te brengen. Door de schaarste worden ze steeds duurder. Bedrijven moeten door het zogeheten emissiehandelssysteem (ETS) dus minder gaan uitstoten of meer betalen. De onderhandelaars hebben afgesproken om de emissies in de sectoren die onder het Europese emissiehandelssysteem vallen 62 procent terug te dringen voor 2030.

Een markt voor uitstootrechten komt er nu ook voor de broeikasgassen waarvoor het wegverkeer en gebouwen verantwoordelijk zijn. Burgers en bedrijven moeten gaan betalen voor de CO2 uit de uitlaat en de schoorsteen. Dat gaat via energiebedrijven en pompstations. Zij moeten betalen voor emissierechten en rekenen de kosten vervolgens door aan de klant die komt tanken of de gaskachel aanzet.

De EU wil voorkomen dat het zoveel van de eigen bedrijven vraagt dat die eraan onderdoor gaan. Daarom komt er ook een grensbelasting voor de invoer van een aantal klimaatonvriendelijke producten als staal en cement. Dat moet voorkomen dat Europese fabrikanten op de fles gaan of uitwijken naar een minder streng buitenland, wat banen kost en het klimaat niet verder helpt.

Bron: EU-nieuws, 18 december 2022

Bron: Taxence

Categorieën
news Uncategorized

Duidelijkere regels over beoordeling arbeidsrelaties

Als het aan het kabinet ligt komen er duidelijke regels over de beoordeling van arbeidsrelaties. Deze regels moeten ertoe leiden dat het grijze gebied tussen werknemers en zelfstandigen wordt verkleind. Verder wil het kabinet het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025 volledig opheffen.

Om de balans te herstellen op het gebied van werken met zzp’ers en als zelfstandige, heeft het kabinet een aantal maatregelen aangekondigd die zijn opgenomen in de Voortgangsbrief over Werken met en als zelfstandige(n). Het kabinet kiest er voor om langs drie lijnen maatregelen te nemen:

  1. Gelijker speelveld: het creëren van een gelijker speelveld voor contractvormen van werknemers en zelfstandigen.
  2. Verduidelijking regels beoordeling arbeidsrelatie en rechtsvermoeden: wanneer wordt als werknemer gewerkt en wanneer als zelfstandige?
  3. Verbetering van handhaving op schijnzelfstandigheid: het versterken en verbeteren van de handhaving en afschaffen van het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025.

Voor de eerste lijn is in het Belastingplan voor 2023 al de versnelde afbouw van de zelfstandigenaftrek en het stoppen van de opbouw van de fiscale oudedagsreserve per 2023 opgenomen. Verder zit er ook al schot in het plan ten aanzien van de invoering van de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers.

Wanneer werkend als zelfstandige of als werknemer?

Met de tweede lijn wil het kabinet de regelgeving verduidelijken. Ze wil de regels die zijn ontstaan vanuit de jurisprudentie structureren door de drie hoofdelementen (materieel gezag, inbedding werk, zelfstandig ondernemerschap) uit de jurisprudentie in regelgeving vast te leggen:

  1. Worden er instructies gegeven en wordt er toezicht gehouden op het werk?
  2. Is het werk organisatorisch in te passen in de organisatie van de werkgevende?
  3. Is er sprake van zelfstandig ondernemerschap binnen een arbeidsrelatie? Dit is dan een duidelijk signaal dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst.

De drie hoofdelementen worden de komende tijd nog verder ingevuld en uitgewerkt. Het is de bedoeling dat voor de zomer het conceptwetsvoorstel ter internetconsultatie wordt aangeboden. Begin 2024 zal dan een wetsvoorstel volgen.

Versterken en verbeteren handhaving

Het kabinet wil het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025 volledig opheffen. Hiertoe gaat de Belastingdienst actief samenwerken en hulp bieden aan partijen die willen en kunnen voldoen aan de fiscale en sociale verplichtingen. Ook gaat de fiscus meer aandacht besteden aan dossiers waar onzekerheid bestaat over de juiste typering van de arbeidsrelatie.

Bron: BV Rendement

Categorieën
news Uncategorized

Schulden? De gemeente helpt je vooruit

Lig je wakker van onbetaalde rekeningen of schuldeisers die aan je deur kloppen? Elke ondernemer kan financiële uitdagingen tegenkomen, je bent niet de enige. Zoek hulp, bijvoorbeeld bij de gemeente. Die heeft een wettelijke taak om inwoners met schulden te helpen, ook ondernemers. Lees in dit artikel wat de gemeente voor jou kan doen.

Door een wetswijziging in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) is sinds 1 januari 2021 verduidelijkt dat elke natuurlijke persoon met schulden hulp kan krijgen via de gemeente. Dit geldt ook voor ondernemers. Ben je een ondernemer en heb je schulden? Neem contact op met de gemeente waar je woont, die helpt je verder.

Schuldhulpverlening voor ondernemers

De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) ondersteunt gemeenten bij het inrichten van schuldhulpverlening aan ondernemers. Jenny Wildenbos, implementatiemanager bij VNG benadrukt: “Elke gemeente heeft de vrijheid om deze wettelijke taak zelf in te vullen. Dit betekent dat er gemeentes zijn die de schuldhulpverlening zelf verzorgen. Maar er zijn ook gemeentes die dit uitbesteden aan een externe partij die gespecialiseerd is in schuldhulpverlening voor ondernemers. Iedere ondernemer heeft recht op schuldhulpverlening van de gemeente, dat staat vast.”

Schuldhulpverlening, wat kun je verwachten?

Hoewel de exacte invulling per gemeente verschilt, ziet de schuldhulpverlening er meestal zo uit:

Een intakegesprek

Na het eerste contact via telefoon, e-mail of bezoek aan de gemeente volgt een intakegesprek. Dat is binnen vier weken. Is er een noodsituatie? Dan volgt het gesprek binnen drie werkdagen.

“Het eerste gesprek is een belangrijk moment”, vertelt Hilda van der Weg, coördinator Geldzaken en ondernemers bij de gemeente Arnhem. “Samen met de ondernemer bepaal ik de ernst van de situatie. Er is ruimte voor emoties als schaamte en stress. Er is ruimte voor het hele verhaal. Vaak bevinden ondernemers met schulden zich in een stressvolle situatie waarbij mogelijk ook in de privésituatie problemen zijn ontstaan. Soms hebben ze een betalingsachterstand voor de huur of hypotheek. Of de partner van de ondernemer is nog helemaal niet op de hoogte van wat er speelt. Ook dan bieden we hulp en schakelen we waar nodig expertise in.”

Vervolgstappen

Na het intakegesprek komt er een plan van aanpak op hoofdlijnen. De gemeente kan dit proces zelf oppakken of uitbesteden aan een externe partij. De gemeente Arnhem werkt bijvoorbeeld samen met Zuidweg & Partners voor het vervolgproces. “Ik draag mijn dossier over en zij houden mij gedurende het proces op de hoogte. Gemeenten blijven verantwoordelijk voor de schuldhulpverlening aan de ondernemer, ook bij uitbesteding”, legt Van der Weg uit.

Jacqueline Zuidweg, oprichter en directeur van Zuidweg & Partners bevestigt de korte lijnen met de gemeente. Zuidweg & Partners stemt haar werkwijze af op de situatie van de ondernemer. “Het is maatwerk. We maken samen een lijst van de schuldeisers en de openstaande bedragen. We onderzoeken welke schuldeisers voorrang hebben. En of we nog met een verhuurder van het bedrijfspand in gesprek kunnen gaan”, vertelt Zuidweg. “Soms ligt de boekhouding vast bij een boekhouder of accountant. Die wil dan geen documenten of gegevens opsturen omdat er rekeningen liggen die niet betaald zijn. We helpen dan om toch alle informatie te verzamelen die nodig is om zaken op orde te krijgen.”

Ook ondersteunt Zuidweg & Partners bij het opzetten van een vrijwillige betalingsregeling waarbij je zelf afspraken maakt met schuldeisers, dit noem je de minnelijke regeling. Als dit niet mogelijk is biedt de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (Wsnp) mogelijk uitkomst. Dit is een wettelijk schuldsaneringstraject om schulden op te lossen waarvoor je de rechtbank verzoekt om toelating. Naast de minnelijke regeling kan de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) een manier zijn om faillissement te voorkomen. In een WHOA-traject regel je een akkoord via de rechter voor een schuldenregeling met je schuldeisers.

Te vroeg bestaat niet

Laat betalingsachterstanden of schulden niet verder oplopen: te vroeg om hulp vragen bestaat niet, volgens Zuidweg. “Er zijn vaak situaties waarin ik denk: had eerder aan bel getrokken. Dan hadden we samen kunnen voorkomen dat de schulden verder oplopen.” Van der Weg herkent dit. Zij stelt: “Hoe eerder ondernemers met schulden zich melden, hoe beter. Ik zie vaker dat bij ondernemers met schulden de problemen groeien omdat ze bijvoorbeeld hun post niet meer openen. Dan stapelen de problemen zich letterlijk op. Of er is al faillissement aangevraagd terwijl dit niet nodig was. In een eerder stadium zijn er vaak meer, minder vergaande oplossingen mogelijk.”

Zoek hulp

Heb je betalingsachterstanden of schulden? Zoek dan hulp. Neem contact op met de gemeente waar je woont en informeer daar naar schuldhulpverlening voor ondernemers. Of leg je vraag voor aan het KVK Adviesteam. Je kunt ook altijd bij je CijferAdvies kantoor terecht voor schuldhulpverlening.

Bron: Kamer van Koophandel (KvK)

Categorieën
news Uncategorized

Factuurfinanciering: stuur een factuur die al is betaald

Het geld staat al op de rekening van je onderneming. En de factuur moet je nog versturen. Hoe doe je dat? Bij factoring koopt een factormaatschappij je uitgaande facturen voor een bepaald bedrag. De factor gaat aansluitend achter het geld aan en incasseert het. Het is dus een voorschot op je debiteuren. Vooruitbetaling kan ook met factuurfinanciering en werkt net iets anders.

Wat is factuurfinanciering?

Bij factuurfinanciering verkoop je openstaande facturen aan een financieringsmaatschappij. Je zorgt wel zelf voor de inning van deze facturen bij je afnemers. Die zien daardoor niet dat een financier de rekening vooruitbetaalt. Ze weten ook niet dat jij hiervoor een financiering voor hebt lopen. Jij blijft voor je zakelijke relatie het vertrouwde aanspreekpunt.

Door de vooruitbetaling komt je werkkapitaal snel in je bedrijf. Daarmee kun je aan je betalingsverplichtingen op de korte termijn voldoen. Bijvoorbeeld leveranciers betalen, salarissen uitkeren, onderhoud uitvoeren en voorraden aanvullen. Je debiteurenbeheer bepaalt hoe snel je klanten het geld van de factuur overmaken. Met dat geld betaal je dan de financier terug.

Hoeveel kost het je?

De kosten van factuurfinanciering verschillen per maatschappij. De kosten hangen af van hun aanpak en of zij daarbij financiële technologie (fintech) gebruiken. Vergelijk de voorwaarden en de rentepercentages.

Twee voorbeelden
  1. De financieringsmaatschappij maakt 90% van het factuurbedrag aan je over. Nadat de betalingstermijn is verlopen, betaal je de financier 100% terug. De financier stort de ingehouden 10% min kosten en rente terug op je bankrekening.
  2. Factuurfinanciering met hulp van fintech. Door financiële technologie ontstaat een veilig transactieproces op een platform. De kosten zijn laag en je gebruikt een eenvoudige ICT-aansluiting. Met slimme data bekijkt de financier de financiële gezondheid van je afnemer. Door klasseindeling wordt bijvoorbeeld 80% van de factuur (verminderd met financieringskosten) aan je uitgekeerd. Na de factuurtermijn vindt verrekening plaats met de hoofdsom en rente aan de financier.

Interessant voor je bedrijf?

Als je producten of diensten levert aan de zakelijke markt, verkoop je vaak op rekening. Je krijgt dan geen directe betalingen binnen. Daardoor ontstaat een mogelijk geldtekort in je bedrijf. Dat geld heb je wel nodig om je onderneming draaiend te houden. Dan is factuurfinanciering interessant. Bovendien krijg je van de meeste leveranciers een paar procent factuurkorting als je binnen een week betaalt. Dat levert je extra voordeel op.

In Nederland lopen door de hoge inflatie de betalingstermijnen voor het mkb op. Je bedrijf kan daardoor financiële problemen krijgen. Het kasgeld raakt op en er is geen geld voor de nieuwe inkoop of maandelijkse kosten. Factuurfinanciering biedt een oplossing voor het haperende betaalgedrag.

Richtlijnen bij goedkeuring

Aanbieders van factuurfinanciering willen je graag als klant. Houd er rekening mee dat deze geldverstrekkers voorwaarden stellen om de deal van beide kanten interessant te houden. Branche, financieringsbedrag, jaarcijfers onderneming, historie bedrijf, klantverscheidenheid, gemiddeld factuurbedrag en het aantal maandfacturen beïnvloeden de voorwaarden. Met een nauwkeurige jaarlijkse verslaglegging kun je die gegevens vlug onderzoeken of aanleveren.

Drie tips
  1. Bij factuurfinanciering geldt geen maandelijks minimumbedrag. Daarom gebruik je deze financieringsvorm als die voor jou het beste uitkomt. Dat geeft je flexibiliteit.
  2. Verdiep je in de mogelijkheden en de voorwaarden van aanbieders van factuurfinanciering.
  3. Een alternatief voor factuurfinanciering is een kortlopend zakelijk krediet. Dan betaal je rente over het opgenomen deel. Met de lening dek je de tijd af tussen levering van je product en betaling door je afnemer.

Wat kun je nog meer doen om het geld van je klanten binnen te krijgen? Goed debiteurenbeheer levert je geld op

Bron: Kamer van Koophandel (KvK)

Categorieën
news Uncategorized

Geen STAP-budget in januari 2023 vanwege misbruikaanpak

Werknemers die in januari 2023 een aanvraag willen doen voor het STAP-budget om een opleiding of cursus te kunnen volgen, komen van een koude kermis thuis. Het kabinet heeft namelijk besloten om het eerste subsidietijdvak van 2023 te schrappen.

Er is veel ophef rondom de subsidieregeling voor Stimulering van de Arbeidsmarktpositie (STAP). Deze subsidie – waarmee zowel werkenden als niet-werkenden € 1.000 kunnen aanvragen voor een opleiding, cursus of training – zou onder meer veelvuldig worden gebruikt voor opleidingen die onvoldoende iemands arbeidsmarktpositie verbeteren. Het kabinet kondigde daarom eerder al aan maatregelen te nemen tegen ‘misbruik en oneigenlijk gebruik’. Onderdeel van de aanpak is dat de zogenoemde Toetsingskamer onderzoekt of opleidingen voldoen aan het doel en de voorwaarden van de STAP-regeling en dat zo nodig een subsidiebetaling wordt stopgezet. Dit heeft inmiddels geleid tot een rechtszaak. Het kabinet meldt dat op basis van deze rechterlijke uitspraak het komende subsidieaanvraagtijdvak van januari-februari wordt overgeslagen.

Subsidiegeld eerste tijdvak STAP gaat niet verloren

Kort gezegd oordeelde de rechter dat het feit dat de Toetsingskamer een opleiding onderzoekt, nog geen reden is om een opleider geen subsidie te betalen. Om te voorkomen dat de overheid hierdoor in 2023 onnodig scholing gaat subsidiëren die niet aan de voorwaarden voldoet, heeft het kabinet besloten het eerstvolgende aanvraagtijdvak pas op dinsdag 28 februari 2023 te openen. In de tussentijd kan de Toetsingskamer verder met de onderzoeken en worden er een aantal andere maatregelen geïmplementeerd om het scholingsaanbod arbeidsmarktgerichter te maken en misbruik te voorkomen. Zo komt er een maximumaantal subsidietoekenningen per opleiding. Het kabinet verdeelt het subsidiebudget van het eerste tijdvak over de andere vijf tijdvakken van 2023.

Overbruggingsregeling voor EVC-procedures

Ander nieuws is dat er een aparte overbruggingsregeling is gepubliceerd voor STAP-budget voor erkenning van verworven competenties (EVC). Via een EVC-procedure zijn kennis en vaardigheden die in de praktijk zijn opgedaan, officieel te erkennen met een ervaringscertificaat. Het STAP-budget was bij de start van de regeling niet gelijk aan te vragen voor een EVC-procedure.
De overbruggingsregeling maakt een aanvraag mogelijk vanaf 22 mei 2023 (09.00 uur) en is van toepassing op EVC-procedures die zijn gestart en afgerond in de periode van 1 juni 2022 tot en met 31 mei 2023. De subsidieaanvraag verloopt via Uitvoering Van Beleid SZ

Bron: BV Rendement